1
Romeinen 12
2
Romeinen 9
3
Romeinen 3
4
Romeinen 1
5
Romeinen 5
6
Romeinen 7
7
Inleiding
?>

    Het probleem van de ethiek (12, 1-3) Met de ethiek bevindt men zich niet plotseling op een heel ander terrein. Juist de openbaring van het licht der genade zorgt ervoor dat het gewone le­ven onder de geweldige hoogspanning komt te staan van het oordeel Gods. Het eerlijke denken over het gewone leven getuigtLees verder..

Lees meer

De God van Jakob (9, 6-13) De situatie van de mens voor het aangezicht van God wordt belicht door de tweeling Jakob en Esau. Esau belichaamt de kerk zoals zij voor ogen is. De woorden over God blijven lege woorden, er is niets te zien dan alleen men­selijke onvolkomenheid, het is een falende kerk. DeLees verder..

Lees meer

  Jezus (3, 21-26) Gods openbaring beperkt zich niet tot één plaats, zegt Barth. Met nadruk komt hij zelfs voor de universaliteit van de openbaring op. Maar wel hebben christenen pas in Jezus er voor eens en al oog voor gekregen hoe het tussen God en de mensen staat. Jezus is de sleutel tot hetLees verder..

Lees meer

De schrijver aan de lezers (1, 1-7) In dit begin van de Romeinenbrief neemt Barth de gelegenheid te baat zeer duidelijk de coördinaten uit te zetten, die naar zijn mening beslissend zijn voor verhouding van God en mens. Het coördinatenschema ligt vervat in de persoon en naam Jezus Christus. Jezus, behorend tot het horizontale vlakLees verder..

Lees meer

De nieuwe wereld (5, 12-21) De verhandeling over Adam en Christus mag wellicht de spil genoemd wor­den in Barths uitleg van Paulus’ Romeinenbrief. In het moment van de openbaring, het kritisch ogenblik, krijgt het geloof oog voor het radicaal an­dere en nieuwe dat van Godswege verschijnt. Dat nieuwe is de opstanding van Christus, en laatLees verder..

Lees meer

De grens van de religie (7, 1-6) Het verschijnsel religie mag zich dan soms willen voordoen als een stukje goddelijke werkelijheid op aarde, die pretentie is beslist onjuist. Religie is iets voluit menselijks en dat houdt in dat zij niet de nieuwe werkelijkheid der genade is, maar hoogstens daarnaar verwijzen kan. Religieuze gevoelens, woorden enLees verder..

Lees meer

  Inleiding In een terugblik op zijn weg heeft Karl Barth (1886-1968) de weerklank, die zijn tweede Romeinenbrief heeft gevonden eens vergeleken met de onverwachte opschudding, die hij als jongen eens veroorzaakte, toen hij de kerktoren van Pratteln beklom. Men kan zich de situatie voorstellen: de weg naar boven is donker, de treden zijn uitgesletenLees verder..

Lees meer