De Duitse kerkstrijd

[Verloop van de kerkstrijd]

Dit was weliswaar nog maar het begin. Wat het betekende verzet te bieden, deze staat te trotseren, ook al was het nog maar op dit ene punt, dat werd pas zichtbaar toen men deze confrontatie aanging. Nu begon de strijd, de kerkstrijd, die vanuit de staat gevoerd werd in de vorm van een hele serie pogingen, nu eens grof, dan weer vriendelijk, om de kerk in zijn macht te krijgen. In het jaar 1934 werd Rijkscommissaris [August] Jäger geïnstalleerd met vergaande volmachten binnen het hele Rijk.[11] De man is gekomen en na een tijdje ook weer gegaan. Gegaan is ook de zo glorieus binnengehaalde Rijksbisschop. In 1935 heeft men het anders geprobeerd: een geweldig propaganda-offensief werd ingezet. In boeken en lezingen werden oproepen geplaatst voor de nieuwe religie van de Duitse mythe.[12] Toen ook dat niet tot het gewenste doel leidde heeft men in de herfst van 1935 bemiddelingspogingen ondernomen. Er werden neutrale commissies ingesteld.[13] Zij hebben een jaar dienst gedaan en hebben het doel dat door de nationaalsocialistische staat beoogd was niet bereikt. En de nieuwste poging: er zijn verkiezingen uitgeschreven.[14] Wat verkiezingen betekenen in het huidige Duitsland, dat weten we. Zullen deze verkiezingen ooit plaatsvinden? De zaak waar het de kerk om gaat en die buiten de kerk om geregeld wordt, zal door deze verkiezingen op geen enkele manier veranderen. Ik hoef hier er alleen maar terloops aan te herinneren dat alle pogingen van de staat gepaard gingen met veel kinderachtige tegenwerking, een heel web van maatregelen van de staat en de politie tegen de kerk. Gruwelpropaganda is niet nodig, de feiten spreken voor zichzelf. En laat één ding u duidelijk zijn: al die jaren had en heeft de kerk tegenover het complete staatsapparaat geen ander wapen ter beschikking dan het Woord van die virtuele Heer. Merkwaardig, dat het Woord van een virtuele Heer tegenover een dergelijke geweldige tegenstander bepaald geen virtuele uitwerking had! Het Woord en de regel waarnaar een christen leeft, dat men God meer moet gehoorzamen dan de mens [Hand. 5:29], dit woord was het enige wat tegen al dit geweld in stelling te brengen viel. Het werd er tegen in stelling gebracht en dat was voldoende. Tot nu toe zijn alle pogingen deze kerk aan te pakken mislukt. En ik ben er vast van overtuigd dat ook alle toekomstige pogingen zullen mislukken!

U moet niet de indruk krijgen dat ik de geschiedenis van de Duitse kerk als een roemrijk heldenepos zou willen voorstellen. Dat is ze niet. In deze jaren is er ook veel in de kerk gebeurd waarvoor je beschaamd de handen voor de ogen kunt slaan. Het is een kleine minderheid, die in feite deze strijd voert, het aantal tegenstanders is in verhouding veel groter. En nog groter is het aantal brave neutrale mensen in het midden, die liever geen positie willen innemen, naar welke kant ook, maar het opnemen voor de vrede en de liefde. En onderwijl gaat het onheil door en moet de minderheid strijden en lijden. Ik was altijd van mening: nog liever aan de kant van de tegenstander staan dan in dit luie trage midden. Maar voor het overige: het heeft ook hen die de strijd geleverd hebben niet ontbroken aan allerlei nederlagen, halfhartigheden en inconsequenties. En er is niets gemakkelijker dan een heel zondenregister van de Belijdende Kerk samen te stellen en het hun voor te houden – in het bijzonder vanuit het veilige Zwitserland! Ik zou al diegenen die dat doen willen uitnodigen naar voren te komen en het beter te doen. Hoe het ook zij, het feit blijft dat er in dit verzet een beslissing gevallen is waardoor bewezen is dat de virtuele Heer duidelijk niet zo heel virtueel is. Het nationaalsocialisme met zijn hele wereld eromheen is in Duitsland aangevallen, en wel – wie had dat vijf jaar geleden gedacht? – op dit punt: aangevallen, door de zwakke, machteloze, onbeduidende, allang aan de kant geschoven kerk. En wanneer het op deze plek aangevallen is, dan is het feitelijk over de hele linie aangevallen. Maar niettemin: aangevallen niet vanuit één van de vele mogelijkheden van het liberalisme, maar aangevallen omdat hier iets nieuws begint, iets nieuws dat toch iets ouds is, het hernieuwde besef: dat de virtuele Heer de werkelijke Heer van de geschiedenis en van het leven is. Zodat je tegenwoordig wel mag zeggen: wanneer er hoe dan ook in Duitsland hoop gloort, dan is het deze hoop in de kerk, niet vanwege de mensen in deze kerk, maar vanwege de Heer van de kerk.

Pagina's: 1 2 3 4 5 6