Commentaar (Dronkenschap)

logoIdW

COMMENTAAR (Dronkenschap)

Tegen sommige zaken moet je zelf oplopen om de omvang er van te beseffen. Sinds mijn dochter in de laatste klassen van de middelbare school zit ben ik er pas achter hoe ontzettend veel er door jongeren gedronken wordt. Een paar jaar geleden ging het over een enkele jongen, die dronken geworden was op een feestje. Dat was in Fryslân en leek te horen bij de plattelandsdorpen waar deze jongens vandaan komen. Maar nu ik naar het westen verhuisd ben merk ik dat het ook tot de dorpscultuur van Aerdenhout en Heemstede hoort. Hier zijn het vooral verhalen over ladderzatte meisjes. Vergeef het me, maar van die meisjes vind ik het nog net iets erger. Ik zal u de details over kotsen, ‘het kanaal inlopen’ en ander onverantwoordelijk gedrag besparen.

De laatste jaren is er vanuit de overheid meer aandacht voor de gevaren van alcoholgebruik onder jongeren. Het resultaat daarvan is mager. Uit een onderzoek van het Trimbosinstituut uit 2012 blijkt dat het drinken onder jongeren tot 15 jaar weliswaar is afgenomen, maar daarboven is het stabiel op een hoog niveau. In de maand voor het onderzoek had 41% van de 15-jarigen op een avond vijf glazen bier of meer gedronken.

Anders dan de Islam en het Hindoeïsme is het Christendom tolerant ten opzichte van alcohol. Alcoholconsumptie hoort bij het goede leven en de verbondenheid met Christus wordt gevierd met het drinken van wijn. Ik heb me zelf wel eens het gebruik van alcohol horen verdedigen tegenover catechisanten: ‘het leven mag genoten worden’, inclusief een lichte mate van dronkenschap omdat controleverlies ook bij het menszijn hoort. Dat is allemaal waar, maar voor alles is een tijd. Onze tijd is een tijd om wijn in water te veranderen.

Ouders – ook predikanten en ouderlingen – zijn vaak laconiek over het alcoholgebruik van henzelf en van hun kinderen. ‘Ach ik was vroeger ook niet zo’n braverik’ en vervolgens komen er sterke verhalen. Zo’n houding gaat er van uit dat een mens driften bezit die hij nu eenmaal moet laten uitrazen. Uiteindelijk komt de dronkaard zichzelf tegen en leert zijn grenzen kennen. Te veel drinken is zo een overgangsrite naar een volwassener menszijn. De overtreding van het gebod levert kennis en wijsheid op. Maar van te veel drinken leer je niets, behalve dat je het niet moet doen. Door van dronkenschap een rite de passage te maken, misken je de kracht van de zelfdestructie die in te veel drinken zit. Je wordt niet volwassen door het gebod te overtreden, maar op de weg van de overtreding vandaan. Niet door uit te razen, maar door geliefd, aanvaard en herboren te worden word je een beter mens.

Coen Wessel