Wegen van hoop in tijden van crisis

logo-idW-oud

 

WEGEN VAN HOOP IN TIJDEN VAN CRISIS

Onder deze titel verscheen recent een boek van Bob Goudzwaard e.a. Het is zowel een theologische als maatschap-pelijke reflectie op ons tegenwoordige handelen en de daaraan ten grondslag liggende drijfveren. Zoals al veel langer een rode draad in het denken van Goudzwaard, zijn het hier ook de paradoxen van de welvaartsontwikkeling van de afgelopen decennia die centraal staan:

– Economische groei heeft nauwelijks geleid tot het verminderen van de kloof tussen arm en rijk, ook niet met ge-richte inspanningen daarvoor. 20% van de wereldbevolking geldt als afgeschreven, want niet van belang voor het economische verkeer.
– Gigantische en steeds toenemende investeringen in wapens en veiligheid hebben niet geleid tot meer veiligheid.
– Toegenomen bewustzijn van milieufactoren en van technische mogelijkheden milieudegradatie een halt toe te roepen hebben de bedreigingen van mogelijke verwoestingen van de aarde niet wezenlijk verminderd.
– De marktwerking heeft een zeer grote financiële crisis niet kunnen voorkomen.

Waarom deze voortdurende paradoxen? Hoofdoorzaken van crises lijken te zijn het verabsoluteren van doelen die we ons als samenleving stellen. We streven naar meer welvaart om als mensen meer mogelijkheden te hebben ons be-staan goed in te richten, met voldoende zorg, onderwijs, ruimte voor cultuur en ontmoeting. Maar dit doel gaat met ons op de loop: economische groei is al lang een doel op zich geworden. Zonder economische groei stort onze wereld in, zo horen we steeds. En zo wordt dit een ideologie, of een pseudoreligie, die, zoals altijd bij religies, offers vraagt. Wanneer we letten op ons huidige taalgebruik vinden we hier ook alle kenmerken van terug. Inclusief de economische groei die offers vraagt en mensen die als kostenposten worden weggezet, ook zorgarbeid benoemen in termen van productie en groei.

We streven naar meer veiligheid, investeren astronomische bedragen in wapensystemen, maar ook in steeds verder-gaande controle over onze persoonlijke levens. Dat offer moeten we brengen ter wille van meer veiligheid. Maar wat doen we aan oorzaken van echte of vermeende onveiligheid? Hoeveel bruggen worden gebouwd tussen verschillende landen en regio’s? Zie ook hier het taalgebruik: de koude oorlog heeft met zijn onvoorstelbare wapenwedloop de Sovjet Unie op de knieën gekregen. Veiligheid is van middel voor meer ontplooiingsmogelijkheden tot een doel ge-worden, met bijbehorende ideologische en religieuze inbedding. Ook hier is de taal van onder meer politici en media verhelderend. Goudzwaard c.s. wijden ook een hoofdstuk aan het Israëlisch-Palestijnse conflict vanuit deze optiek.

Hoe komt het, dat we ons als samenlevingen zo gemakkelijk door deze nieuwe goden met hun ideologieën en hun offercultuur hebben laten meenemen? Het is geen recent verschijnsel, Carnegie wordt geciteerd (Het Evangelie van de rijkdom, rond 1900): ‘Alle groepen in de samenleving moeten offers brengen voor een betere toekomst. Wij accep-teren en verwelkomen daarom, als voorwaarden waaraan we moeten wennen, grote ongelijkheid van leefomstandig-heden; de concentratie van industriële en commerciële ondernemingen in de handen van een paar mensen (… ) als essentieel voor de vooruitgang van het ras. (…) Dit is volgens mij het ware Evangelie over rijkdom en gehoorzaam-heid, dat bestemd is om eens te zullen leiden tot vrede op aarde voor mensen van goede wil.’ Pseudoreligieus taal-gebruik, waar onze samenleving van vervuld is.

Zonder een unieke rol voor christenen te claimen, gaan Goudzwaard c.s. op zoek naar bevrijdende wegen die mede bouwen op de Bijbelse openbaring. Belangrijkste daarvan is het ontmaskeren van de goden, de ideologieën, de pseudoreligies. Tegengaan van de gangbare bewustzijnsvernauwing. Ontrafelen van doelen en middelen. Wanneer een middel tot doel is geworden, en daarmee ideologische aspecten heeft gekregen, worden wij slaven van de sys-temen, leveren vrijwillig delen van onze vrijheid in en gaan daarmee meer lijken op samenlevingen die wij als onvrij bestreden hebben. Een van de voorbeelden is onze identiteitsideologie, ook in Nederland springlevend. We hebben er heel wat vrijheidsbeperkingen, van onszelf, maar vooral van anderen, voor over om de mythe van onze (westerse, joods-christelijke, geseculariseerde) identiteit in stand te houden.

We zouden in plaats daarvan het perspectief moeten verbreden waarmee we naar onszelf en onze samenleving kijken, heldere doelen stellen (een rechtvaardige samenleving) en bijbehorende middelen zoeken (delen van welvaart, bevorderen van veiligheid, investeren in zorg en onderwijs, ook in ‘niet-productieve’ werkzaamheden).

Toekomstgericht denken. Voor mensen is het van vitaal belang dat er toekomst is (eschatologisch perspectief). Niet alleen vandaag en morgen, maar ook weten dat het ons leven betekenis geeft en waarde verleent als wij investeren in toekomst voor wie na ons komen. Weg van korte termijn consumptieve gerichtheid. Denken en handelen vanuit alter-natieve strategieën. Anders dan vanuit die ene weg van economische groei en zich wapenen tegen vijanden. En dat kan op alle niveaus, van individuen en kleine gemeenschappen, van dorpen en steden, van landen en regio’s. Zo kan er opnieuw bevrijding komen van de goden van deze eeuw.

Goudzwaard c.s. reiken ons opnieuw een zeer helder doordacht denkkader aan, wat theologen en niet-theologen kan helpen bij de ontmaskering van goden en ons helpen werkelijk toekomstgericht te denken en te handelen.

Carel van der Meij en Jan van der Kolk

Bob Goudzwaard, Mark Vander Vennen, David van Heemst en Jet Weigand-Timmer, Wegen van hoop in tijden van crisis, Buijten en Schipperheim 2009