Die pijl treft jou! Open brief aan At Polhuis


logo-idW-oud

 

DIE PIJL TREFT JOU! Open brief aan At Polhuis

Beste At,

Een aantal nummers geleden schreef Maarten den Dulk in ons blad (IdW 2006/3) over de retractatio die Barth in de jaren vijftig ondernam ten aanzien van zijn eigen theologische start, en hij spreekt van de dynamiserende werking die er van de lezing van dit tractaat uitgaat. Zoals Barth immers zo een veertig jaar na zijn hoge theologische inzet van ‘Gods goddelijkheid’ hiertegenover juist ‘de menselijkheid van God’ stelt als inbegrip van zijn diviniteit, en zo zijn slagzin van God als de ‘totaal Andere’ onder een geheel ander voorteken opnieuw opneemt, én daarbij zijn toehoorders oproept op hun beurt niet voor weer een nieuwe wending terug te deinzen, precies zo, stelt Den Dulk, staan wij voor de vraag wie vandaag de verantwoordelijkheid voor een nieuwe wending op zich neemt. Want wij, als leerlingen van Barth, hebben het ook met ‘de menselijkheid’ niet gered.

Het artikel van Den Dulk is mij uit het hart gegrepen. Ik herken mij in het theologisch programma dat hem voor ogen staat. Zoals Barth zei dat we ‘romantischer dan de romantici’ mogen zijn, zo hebben wij heel wat ‘barthiaanser dan de Barthianen’ te zijn. Je zou willen dat er weer iets ging knetteren en spetteren in de christelijke dogmatiek, zó, dat de vonken er van af- en overslaan. Waar is de vrijmoedigheid die Barth destijds had, om de hele dogmatiek eens flink onder handen te nemen en haar nieuw te organiseren? En waar de moed om de wereld zo onbevangen en vol geloof tegemoet te treden als hij deed? Waar is zijn originaliteit, waar zijn denkkracht, waar zijn ‘heilig moeten’, zijn roeping? Willen we Barths oorspronkelijke inzet van Gods genadige soevereiniteit over deze wereld bewaren en nieuw laten gelden, dan zal er inderdaad een retractatio moeten plaatsvinden. Dat is, theologisch gesproken, het ‘Gebot der Stunde’. Een herziening van ons huidige, post-barthiaanse klimaat. Maar ook een herziening van het immense oeuvre van Barth zelf. We zullen de durf moeten hebben om ook de oude Karel beter te begrijpen dan hij zichzelf begreep. Ach, we zullen sowieso de moed moeten hebben om nieuw te denken.

Nu ik dit schrijf is het bijna 120 jaar geleden dat Barth werd geboren. Zelfs voor Mozes was het na zoveel jaren tijd. En als hij al het land niet in mocht, zou Barth dan niet ook eens mogen worden opgevolgd?

Nu dacht ik, At, bij dit alles eigenlijk aan jou. Als er iemand bezig is met een openlijke retractatio van Barth, dan ben geloof ik jij het wel.

In het boekje Terug tot Barth! heb jij op een openhartige manier beschreven hoe jij, na te zijn vastgelopen in je ambt als predikant en theoloog, weer opnieuw Barth begonnen bent te lezen. Ook voor jou is Barth dus iemand, als voor zovelen, wiens denken in een crisis-situatie opeens genadig-behulpzaam blijkt te zijn. Je bent inmiddels voorzitter van de Nederlandse Barth-stichting, en doet in In de Waagschaal verslag van je bedevaartsreizen naar Bazel, Tambach en andere plaatsen waar Barth gewerkt heeft. Het is je kortom ernst met Barth, goed Germaans gezegd. Maar At, wat is er met je gebeurd? Je huidige aandacht voor Barth lijkt gepaard te gaan met een verstrekkende wending in je politiek-maatschappelijke oordeel. Je bent gepromoveerd bij Ter Schegget, was vele jaren ‘oude wijken-predikant’ in Rotterdam en geabonneerd op Opstand, het blad van Christenen voor het Socialisme. Maar nu lezen we in Trouw dat wat jou betreft in jullie gemeente de diakonie mag worden afgeschaft, je neemt het op voor de wethouder van Leefbaar Rotterdam en je oordeel over de Islam is niet direct wat je je voorstelt bij de gangbare buurtpastor temidden van vele nationaliteiten. Het ziet er naar uit dat de Karl Barth zoals die in de jaren zeventig en tachtig met name in Nederland actueel was, de Barth die over Jezus sprak als ‘de partijganger der armen’ en wiens theologische beslissingen door vriend én vijand duidelijk als een ruk naar links werden opgevat, jouw Barth niet meer is.

Wat is er gebeurd? Je zult ongetwijfeld goed-barthiaans zeggen dat je juist dezelfde bent gebleven, maar het komt mij wel voor dat er zich bij jou een wending heeft voorgedaan die het woord retractatio op zijn minst alle eer aandoet. Ik verbaas me over deze wending, ik voel me er ongemakkelijk bij – maar ik ervaar het ook als een opluchting want eigenlijk ben ik het met je eens. Dus, laat ik zeggen: At, wat is er met ons gebeurd?

Ik zou de pijl die Den Dulk heeft afgeschoten graag bij je willen neerleggen en vragen: pak de handschoen op. Wat is er gebeurd, politiek, maar vooral: theologisch, dat het ‘linkse vertoog’ (het radicaal linkse, maar óók het sociaal-democratische) jou blijkbaar niet meer voldoet? Ik denk dat het de zaak die ons bezig houdt, de zaak van het geloof, dat is de zaak van Gods doorbrekende gerechtigheid in deze wereld, zou helpen, als je jouw opmerkelijke wending juist vanuit Barth in de waagschaal zou stellen. Ik daag je bij deze graag tot deze denkoefening uit.

Met hartelijke groet,

Wessel ten Boom