Waarom predikant?
WAAROM PREDIKANT?
Als 25-jarige proponent gebeurt het mij regelmatig dat ik mensen moet uitleggen wat mij bezielt om dominee te wor-den. De laatste keer was in januari. Ik was met mijn vrouw een weekendje naar Brugge geweest. We stonden aan de rand van de stad met een bordje ‘Breda’. Een vrachtwagenchauffeur (voor de hobby) stopte. Hij bleek een Rotter-dammer te zijn, naar eigen zeggen ‘atheïst’. Vader had nog gevochten in Indië. Onderweg terug per schip besloten de pater en de predikant dat de in de strijd benodigde christelijke eenheid wel weer lang genoeg had geduurd. Ze waren op weg naar het verzuilde vaderland, tijd om de strijdbijl weer op te graven. Vanaf dat moment geloofde zijn vader niks meer. Ik kan hem geen ongelijk geven.
Ik vertelde hem dat ik desondanks zelf nog wel geloof in het verhaal van het christendom. Dat mijn geloof in God mij rust geeft, omdat wie ik ben niet bepaald wordt door hoe ik of anderen over mij denken, maar door hoe God over mij denkt. Ik vertelde dat ik het verhaal van het christendom de meest complete visie op de werkelijkheid vind. Zaken waar de wetenschap geen zinnig woord over te zeggen heeft (verliefdheid, waarom de wereldproblemen nog steeds niet zijn opgelost) vinden hun plek in dat verhaal. Ik vond zelf ook dat kerken veel fouten maken, maar vertelde ook dat ik geloof dat er voor de kerk nog wel een toekomst is. Als kerken zich aanpassen aan de taal en vormen van hun context.
Dit is wat mij motiveert. God is erg belangrijk in mijn leven en ik geloof dat God juist via de kerk Zijn Koninkrijk gestalte wil geven. Toch lukt het de kerk vaak niet om dat op zo’n manier te doen dat ook buitenstaanders zich in deze beweging laten meenemen. Voor een deel ligt dat aan de voortgaande secularisatie van de cultuur, maar toch ook voor een groot deel aan het functioneren van de kerk.
Taal
Daarmee komen we ook terecht bij de taak van de predikant. Hoe zie ik die voor mijzelf? Eigenlijk vrij klassiek. Het Woord van God verkondigen, pastoraat, vormen van onderwijs, gebed, dat blijft. Maar die taken van de predikant zou ik wel net iets anders willen invullen dan ik vaak om me heen zie gebeuren. Hoe ik dat voor me zie, vat ik samen onder de noemers ’taal’ en ‘vormen’.
Volgens mij heeft een predikant de taak om helder te communiceren over God. Een God die ik heb leren kennen als enorm divers. Daartegenover heb ik de theologie vaak leren kennen als beperkend. Volgens mij is veel theologie reactietheologie. Wij als theologen reageren op wat we minder goede theologie vinden. Op werkheiligheid, natuurlijke theologie, theologie die zich beperkt tot het zielenheil, theologie die vooral gericht is op het individu, op emancipatie-theologie. Als predikanten gaan we de gemeente daarin voor. We noemen God ‘Lieve God’ omdat God vooral niet veroordelend is; we vinden dat mensen een ‘persoonlijke relatie’ met God moeten hebben omdat God vooral niet door middel van een onpersoonlijke relatie (contradictio in terminis) beleefd kan worden; we noemen God ‘HEERE God’ omdat God vooral niet wil dat iedereen zijn eigen ethische waarden er op na houdt, maar Zijn wil is dat we gehoorzamen aan de reformatorische uitleg van de Schrift.
Helaas ontkom ik daar zelf ook niet aan. Ook ik heb mijn allergieën opgebouwd, misschien juist ook wel omdat ik evangelische, reformatorische en vrijzinnige theologische wortels heb. Maar ik ben me meer en meer gaan beseffen dat de Bijbel zich niet in laat passen in een van die schriftvisies. De Bijbel is én én. Cross ánd Kingdom (N.T. Wright), rechtvaardiging van de gelovige én sociale gerechtigheid, ‘Barmhartige’, ‘Heer’ én ‘Vader’. Steeds meer ben ik er van overtuigd dat alleen een kerk die recht doet aan al die verschillende facetten van de christelijke traditie, dicht bij de ‘waarheid’ uitkomt. En dat alleen een kerk die recht doet aan al die verschillende kleuren van God, inspirerend kan zijn voor buitenstaanders. Want die hebben niks aan onze reactie-taal. Die prikken door onze (af)godsbeelden van God heen. Alleen een kennismaking met de ‘ware’ God zal hen eventueel kunnen raken.
Hoe dan wel helder over God te spreken? Door al die verschillende woorden en kleuren dreigt er een behoorlijk com-plexe boodschap te ontstaan. Daarom denk ik, dat als je echt in het kort iets over God wilt zeggen, je het maar het beste dicht bij jezelf kunt houden. Wat betekent God in uw leven? Wat zou u missen als u niet zou geloven? Wat zou u een ander ook gunnen?
Vormen
Naast het zoeken van goede taal voor het spreken over God, zie ik voor mezelf ook een taak weggelegd in het zoe-ken naar nieuwe vormen. De vormen zoals we die in een gemiddelde kerkdienst beoefenen, staan vaak mijlenver af van de vormen die we in de wereld buiten de kerk terugzien. Terwijl de eerste christenen een vorm kopieerden uit hun leefwereld (de synagogenbijeenkomsten of bijeenkomsten van ‘gilden’ in de Griekse steden) en daar hun eigen draai aan gaven, gebruiken wij sinds de vierde eeuw grotendeels dezelfde vormen terwijl onze context drastisch is veran-derd. Dat is leuk voor ons als insiders, die van jongs af aan niet anders gewend zijn. Maar in de praktijk blijkt dat, als het zich eens een keer voordoet dat iemand zich aangesproken voelt door het christendom, hij of zij zelden aanslui-ting weet te vinden bij een bestaande kerk. Niet alleen vanwege de taal maar ook vanwege totaal vreemde vormen. Ik zie om mij heen heel veel generatiegenoten uit allerlei kerkstromingen afhaken, omdat ze zich niet thuis voelen in de kerk. En ik weet dat ze niet de eersten zijn. Als predikant zie ik het als mijn taak om op zoek te gaan naar nieuwe cre-atieve vormen, die helpen bij geloofscommunicatie in plaats van een extra drempel op te werpen. Dat betekent niet dat al het oude weg moet, ook hier geldt eerder én én. Wat dat betreft moeten we als PKN vooral kijken naar de ‘Fresh Expressions’ binnen de Anglicaanse kerk. En dan niet als te kopiëren model, maar als voorbeeld van hoe ook wij met onze gemeentes weer kunnen aansluiten op de context die aan ons is toevertrouwd. Daarbij hebben wij als theologen de taak om ons kritisch tot de context te verhouden. Met culturele uitingen is het als met het goud uit Egypte. Je kunt er een gouden kalf van maken, maar ook een tabernakel. Er liggen op dit gebied ook grote kansen bij de sociale media. Het uitwisselen van en vragen naar positieve ervaringen was nog nooit zo makkelijk. Als je een beetje nederig bent over hoe fantastisch je eigen ideeën zijn, kun je een hoop leren van wat andere mensen in hun context hebben gedaan.
De toekomst van de kerk
Ik denk dat veel van mijn generatiegenoten zich in de strekking van dit artikel herkennen. En hoe narcistisch generatie Y ook is, we denken echt niet dat we het allemaal beter weten. We willen graag leren van uw ervaringen en theolo-gisch meer doordachte worstelingen. Maar we willen niet worden opgezadeld met reactietheologie en -liturgie. Niet vanwege onszelf, maar omdat we geloven dat het de kerk niet verder helpt. In een tijd waarin geloven steeds meer een optie wordt, liggen grote kansen. Voor de kerk als instituut is het nu of nooit. Óf aansluiten bij de context en helder spreken over hoe God ons beweegt, of de boel de boel laten en afwachten tot er alleen nog huisgemeentes overblijven. Met dat Koninkrijk komt het wel goed, maar toch het liefst met een kerk met een beetje body, die aan het Koninkrijk dienstbaar is.
Robert Stigter
Drs. G.C. Stigter is proponent/pionier binnen de PKN en betrokken bij Dominee 2.0