“Mogen de stedelingen opbloeien als het groene kruid” (Ps. 72: 16)
“…Mogen de stedelingen opbloeien als het groene kruid”
Psalm 72: 16
De zomer loopt ten einde. Oogsttijd. Verzadigd van het vocht, of nog wat dun in de schil, rijpt het fruit en vormt zich het zaad in bloemen en planten. Straks wordt het plantsoen nog één keer gewied en werkt weer de bladblazer, bij wie niet kan wachten op de wind. Winterklaar heet wat bijna bloot en vrijwel braak ligt. Keurig geordend, aangeharkt, en met rust gelaten. Voor wie scherp waarneemt, groeit er echter altijd wel wat, tegen de orde in, vroeger of later, zelfs in de herfst. Met andere kleuren, maar niet minder intens dan eerder. Wilde planten, wilde bloemen, het groene kruid en het onkruid, het bloeit en zaait zich uit, onder- of bovengronds, in weer en wind. Als een beproeving voor de toegewijde tuinvrouw, die zorg draagt voor een variatie aan soorten. Het groene kruid duikt overal op. Het lijkt alsof er geen organisatie achter zit, geen structuur en geen systematiek. Alleen een toevallige windvlaag heeft de plant gebracht waar zij zich wortelt. Vasthoudend kruipt het kruid tussen de tegels door en woelt het asfalt omhoog. Steen moet ruimte maken voor wat uit de diepte roept.
Mogen de stedelingen bloeien als het groene kruid. In een psalm à la David, is ruimte om te groeien, in stad en land. Als de koning zich ontfermt over de geringe en de arme, pas dan bloeit er iets op. Als de koning weet hoe kostbaar mensen zijn, dan krijgen zij de kans om op te bloeien.
Wilde bloemen, groen kruid, je ziet het overal, op onverwachte plaatsen. Het heeft een voorkeur voor braakliggend land, daar waar gewerkt wordt aan verandering. Waar de aarde is opgebroken, oude structuren omgewoeld zijn en aan nieuw perspectief wordt gebouwd.
Groen kruid, het staat ons in de weg, om ons te herinneren aan groei die niet met mensenhanden maakbaar is. Het herinnert aan een koninkrijk dat uit verzet geboren wordt. Een koninkrijk, door de Geest verbreidt.
Mogen de stedelingen bloeien als het groene kruid.
Dit groene kruid verandert het oppervlakte van de aarde. Maar het groeit alleen waar de geest die het verspreidt gedetermineerd kan worden als trouw, wijsheid en barmhartigheid. Gods onkruid vergaat niet.
Ciska Stark