Pastor in hart en nieren

logoIdW

PASTOR IN HART EN NIEREN

De memoires van Pater van Kilsdonk zijn in druk verschenen. Terecht, want hij was een legendarische figuur in de Amsterdamse studentenwereld en in het stadsbeeld. Shabby gekleed, niet moeders mooiste (vond hijzelf ook). Van Kilsdonk, een brabo, opgegroeid in een warm Rooms gezin, leefde van 1917 tot 2008. Middelbare school in het internaat van de Witte Paters, trad toe tot de Jezuïetenorde. Na zijn priesterwijding werd hij aalmoezenier in een kamp voor gedetineerde NSB-ers. Vervolgens tien jaar godsdienstleraar aan het Ignatiuscollege in Amsterdam, een heerlijke tijd. Kees Fens en Huub Oosterhuis behoorden tot zijn leerlingen. Daarna werd en bleef hij studentenpastor, als zodanig richtte hij de Amsterdamse studentenecclesia op. Het was de tijd van het Tweede Vaticaans Concilie en de daarop volgende restauratie. Pater van Kilsdonk was een kritisch theoloog, hij noemde zich vrijzinnig. Enkele uitspraken van hem: ik ben niet de dienaar van de paus maar van mensen. En: de paus plaatsvervanger van Christus? Godslasterlijk! Dat bracht hem in conflict met Rome. Hij is zelfs uit zijn priesterambt gezet, al is dat later herroepen.

Voor alles was Van Kilsdonk pastor van studenten, waaronder homoseksuelen. Homoseksualiteit noemde hij een vondst van de Schepper. Veel aidspatiënten heeft hij tot het levenseinde en de uitvaart begeleid. Als priester wist hij een sociaal werker te zijn tot in de diepte van het levensgevoel. Vanaf dat hij NSB-ers bijstond was zijn overtuiging dat vergeven beter is dan op schuld wijzen. We leren de pater kennen als een gepassioneerde zielzorger, die zijn pastoranten met eerbied bejegende. Na een gesprek was hij gewoon een brief te sturen waarin naar zijn zeggen de verborgen rijkdom in het gesprek tot uiting kwam. Aan zulke brieven, waarvan hij er meer dan 5000 heeft geschreven, besteedde hij grote zorg. Ted van Gennep, in zijn boek De brief in het pastoraat, beveelt eveneens de brief aan als een verdieping en concretisering van het pastorale contact. Behalve met eerbied was Van Kilsdonk met tederheid vervuld voor wie een beroep op hem deden, al raakte hij nooit iemand aan. Hij bleef een celibataire monnik en typeerde zichzelf als een ‘eenzame sukkel’, waardoor hij zich kon vereenzelvigen met de eenzamen en havelozen.

Wie nu denkt dat de pater een watje was, vergist zich. Hij had ook een scherpe tong. Antoine Bodar vond hij een ‘kwelradicaal’ voor wie hij geen achting had en bisschop Gijsen stond volgens hem buiten de cultuur en heeft daardoor veel mensen kwaad gedaan en verwond. Milder is zijn kritiek op bisschop Simonis (‘verstaat zijn vak niet’) en op Huub Oosterhuis. Met opzet verschijnen deze memoires postuum: als pastor wilde de pater niemand van zich vervreemden.

Dit boek heeft tweevoudige betekenis. Het geeft een tijdsbeeld van het Tweede Vaticaans Concilie en wat daarop volgde. Hoe een wijze gelovige in deze aardverschuiving (want dat was het) zijn weg vond, brengen zijn memoires aan het licht. Daarnaast is Pater van Kilsdonk als pastor een rolmodel. Echt, eerlijk en toegewijd tot het uiterste.

Paul Oskamp

Alex Verburg, Pater van Kilsdonk. Raadsman in delicate zaken. Memoires, Atlas 2013

Dr. P. Oskamp is emeritus predikant en was conrector van Hydepark