Preken van Ezechiël
PREKEN VANUIT EZECHIËL
Preken is een kunst en een kunde. Soms spreekt men hier ook van verkondiging. Verkondiging van Gods Woord of van het Evangelie. Ik zelf doe dat liever niet. Het is me te pretentieus. We mogen dat weliswaar hopen en bidden, maar de verkondiging van Gods Woord in onze preken ligt toch buiten onze competentie. Het kan niet. Het is mensonmogelijk, ook al gebeurt het, keer op keer (zeg ik in navolging van Wouter Klouwen). Zelfs van die intentie mogen we ons verlost weten. We laten dat met een gerust hart over aan de Heilige Geest. Dat sluit overigens inspanning en uiterste toewijding van de prediker niet uit, maar eerder in. De Geest doet het als regel niet zonder ons, maar hij werkt in en door ons. Als actieve en creatieve mensen worden we ingeschakeld in zijn drijfkracht. En anders dan in de christologie is het synergisme in de pneumatologie geen ketterij.
Preken is een vak, een moeilijk vak, durf ik wel te zeggen. Het vraagt om ambachtelijke toewijding, vakbekwaamheid, een zorgvuldig naar de juiste woorden zoekend omgaan met taal als communicatie. Daar is de Bijbeltekst die uitgelegd en tot spreken moet worden gebracht, daar is ook de luisterende gemeente die aangesproken wil worden in wat haar occupeert in haar wereldse en dagelijkse bestaan. Tussen die twee polen beweegt zich de prediking. Het is werk in de hitte des daags en in het zweet des aanschijns, niet alleen voor de man, ook voor de vrouw. Niet zonder pijn en moeite baren zij hun geesteskinderen. Ik kan me moeilijk voorstellen dat preken iemand gemakkelijk afgaat en diegene het ‘geen kunst’ vindt.
Toch kan het en kan het zelfs goed. Dat bleek me bij de lezing van de kleine prekenbundel ‘In Babel’ van Ad van Nieuwpoort. Het zijn dertien ‘actuele bespiegelingen bij Ezechiël’, aldus de ondertitel. Dat woord ‘bespiegelingen’ vind ik overigens niet zo gelukkig gekozen, want het doet geen recht aan de geëngageerde wijze waarop de spreker/schrijver in deze preken zelf betrokken is. Beter misschien: betrokken wordt, want de lezing en uitleg van de woorden van Ezechiël gaan haast naadloos over in het actuele verhaal van onze moderne wereld en ons leven daarin. Die vaak bizarre beelden en visioenen van de priester en profeet in Babel – ze zijn als schilderijen van Picasso of Chagall – betreffen op een verrassende en ook wel verbijsterende wijze onze wereld en ons bestaan. Babel zijn wij. Ongeforceerd en overtuigend maakt deze tekstuitleg dat duidelijk. Ballingschap en gevangenschap zijn niet minder van toepassing op onze moderne wereld dan op het joodse volk in Babel. Ezechiël is aldus ongehoord actueel. Het profetenboek doorlicht ons bestaan in zijn schuldige verlorenheid en uitzichtloosheid, zonder ons daarin evenwel troosteloos achter te laten.
Ik noem twee dingen die me bijzonder troffen en die me zullen bijbleven uit deze bundel. Het eerste is dat Ezechiël de boekrol die hem wordt aangereikt niet alleen maar moet lezen, maar zelfs opeten! Dan moet hij naar Huize Israël gaan en tot hen spreken. Dit boek van de mens en diens geschiedenis is een boek vol van ‘klaagliederen, zuchten en jammerklacht’ (Ez. 2:10). Dat moet de profeet opnemen in zijn ingewand om waarachtig te kunnen profeteren. Hier is geen profeet die slechts brood eet, maar die de letters en worden van het jammerlijke mensenverhaal verinnerlijkt heeft. ‘Die onze pijn heeft ingedronken’. ‘Hier is iemand aan het woord die zelf door de diepste dalen is gegaan. Die weet wat godverlatenheid betekent’ (pag. 23). Priesterlijke compassie lijkt de conditie van profetisch spreken. De schreeuw om recht en het zuchten vanuit de benarde creatuur moeten gehoord zijn en doorklinken in het woord dat bemoedigt en heilzaam is. ‘Als geen ander,’ vervolgt Van Nieuwpoort zijn uitleg (het is echt geen bespiegeling!), ‘heeft die ene Mensenzoon die boekrol opgegeten en tot op de bodem die beker gedronken. Al dat zuchten en dat klagen… geproefd. Om het van binnenuit, ja van het graf uit ten goede te keren’ (23).
Nee, we zijn geen profeten en de Messias nog minder, maar onze woorden als predikers, politici, opvoeders of gewoon als medemensen zullen verwaaien of alleen onheil stichten als we niet eerst de mens gehoord en gezien hebben in zijn ‘misère et grandeur’ (Pascal). En onze wereld maakt die mens klein en onbeduidend, tot in de menswetenschappen toe, terwijl hij groot is en een unieke naam draagt.
Het tweede dat me erg aansprak in deze bundel is het steeds terugkerende thema van gedenken en vergeten. Leven in Babel is leven ‘zonder verhaal’ en daarmee ‘zonder bezielend verband’ (32). Israël is vergeten wie het is en wat zijn roeping en bestemming is en ook in onze wereld en onze tijd zijn velen, zijn we samen hopeloos de weg kwijt. Alles zetten we op de kaart van welvaart, succes, sensatie en ‘the satisfaction of all our needs’. Maar wie zijn we intussen zelf en wat is de betekenis en de bestemming van ons leven? Wel wordt er gezocht naar nieuwe wegen en een nieuw (zelf)verstaan. Het onbehagen kan vruchtbaar zijn. Dat zeker. ‘Maar de vraag is waar we terecht kunnen’ (32). Hier herinnert Ezechiël Israël aan zijn wonderlijke oorsprong en zijn luisterrijke bestemming, maar ook aan zijn schandelijke verbondsbreuk en tenslotte aan de ‘vreemde vrijspraak’ en de verzoening door JHWH. Het staat in Ezechiël 16, een adembenemend hoofdstuk uit dit profetenboek en het wordt in preek 4 en 5 van deze bundel indrukwekkend uitgelegd en toegepast op onze wereld.
Gedenk toch wie je bent vanuit het Woord dat jou ten leven riep, vanuit het verhaal dat van begin tot eind ook het jouwe mag zijn. Wees het indachtig en vergeet het niet. Dat is tot Israël gezegd en via Israël tot ons. De centrale opdracht van de ecclesia is dit uitermate kritische, maar tegelijk zo veelbelovende en levenwekkende verhaal te horen en eruit te leven met een onbezwaard gemoed. Midden in de wereld, plaatsvervangend voor de cultuur die het vergeten is of het niet horen wil. Als dat gebeurt komt het ook wel goed met onze dienst en onze missie in de wereld.
Ad van Nieuwpoort verheugde me in deze kille wintertijd met zijn verkwikkende en overtuigende uitleg van de profetie van Ezechiël. ‘Tolle et lege!’ Koop het en lees het.
Rens Kopmels
Ad van Nieuwpoort, In Babel. Actuele bespiegelingen bij Ezechiël, Vught: Skandalon 2011