Bultmann, Ein Versuch ihn zu verstehen. Boekbespreking

logo

 

Karl Barth, Rudolf Bultmann, Ein Versuch, ihn zu verstehen. Theol. Studiën, Heft 34. Eu. Verlag, Zollikon 1952, 56 bh., ft. 3.75.

Dit is een merkwaardig boekje geworden. Men weet, hoe afwijzend Barth tegenover Bultmann staat. Maar de ondertitel wijst er al op, dat dit geen gewone polemiek is. Barth wil Bultmann begrijpen. Stap voor stap volgt hij zijn denken, telkens vragend: begrijp ik hem zó goed?, maar dan soms ook uitroepend: hier begrijp ik hem niet meer! Barth meet zijn gesprekspartner aan de mate waarin hij de zin van de N. T. verkondiging duidelijk weet te maken. Dat het resultaat nogal negatief is, zal niemand verwonderen. Toch wordt B. nooit voorgesteld als de „ketter”, maar steeds als de man die met zijn verkeerde begrippenmateriaal zijn eigenlijke bedoeling in de weg staat, waardoor zijn theologie het stempel der mislukking moet dragen. Hoewel vele argumenten ook elders en eerder zijn uitgesproken, treft dit boekje door de eenvoud (ja zeker!), de helderheid, de mildheid, het gezag en de radicaliteit, waarmee de zaak behandeld wordt. Ook de bekende argumenten ondergaan hier een belangrijke concentratie en verdieping. De interessantste bladzijden komen tegen het slot, als Barth  B. van … Luther uit tracht te begrijpen en in het „Nachwort”, geschreven na de verschijning van „Kerygma und Mythos II”. In dit laatste stuk loopt Barth’s lang ingehouden gal over, als hij ziet hoe B. en diens leerlingen hoogmoedig elke tegenstander van onbegrip beschuldigen en geen echt gesprek beginnen. Hij verwijt B., dat hij ondanks zijn schone theorieën niet echt ,,verstehen” kan. Zijn redenering heeft voor Barth iets van een woestijn. En Barth komt wel aan zijn diepste bezwaar tegen Bultmann, wanneer hij vermoedt, dit niet psychologisch maar theologisch te moeten begrijpen: B.’s leer van het „Vorverstandnis” waarmee het N. T. en elke tekst moet worden gelezen, is ,.der Tod alles echten und rechten Verstehens”, zodat men tegen B. “im Interesse aller wirklichen Kommunikation” moet opkomen (blz : 52)

H .B.

(In de Waagschaal, 8e jaargang 1953, nr. 16. 16 januari 1953)