Tussen al het andere in – Na de oorlog

logo-idW-oud

 

TUSSEN AL HET ANDERE IN – Na de oorlog

In mei 1945 werden overal feesten gevierd, omdat de oorlog was afgelopen. Het einde van de oorlog betekende echter niet het einde aan de gevolgen van de oorlog. De gevolgen bleven.

Toen J.G. Ballard (1930-2009) in 1955 trouwde werd hij in de kerkdienst diep getroffen. In bepaalde zin trouwden er drie: Mary, hijzelf en hun ongeboren kind. In zijn leven was hij getuige geweest van oorlogen en vernietiging, maar nu hielp hij voor het eerst om iets te scheppen dat zou uitgroeien tot een levend wezen. Dat schreef Ballard in zijn autobiografie, Miracles of Life (2008). Hij groeide op in Sjanghai, door hem de ‘cruel city’ genoemd om de gruwelen die hij daar als jongen had gezien. In 1943 kwam hij in een Jappenkamp terecht. Daarover heeft hij geschreven in de roman Empire of the Sun. De roman verscheen in 1984, enige jaren later verfilmd door Steven Spielberg. Hij zei dat die roman hem 40 jaar had gekost, 20 jaar om te vergeten en dan 20 jaar om zich te herinneren. Door deze roman is Ballard vooral in de wereld bekend geworden, maar hij had toen al vele boeken geschreven. Deze boeken gaan over de toekomst en die toekomst zag hij donker in. Dat zal wel mede een gevolg zijn geweest van wat hij had meegemaakt. Je zult gezien hebben hoe aan de kant van de weg de lijken liggen van mensen, door oorlogsgeweld omgekomen of een Chinees die door Japanse soldaten langzaam doodgemarteld wordt. Ballard noemde zichzelf ‘een architect van dromen, soms nachtmerries’. Hij stond te boek als schrijver van science fiction, maar zelf zei hij dat wat hij deed was ‘picturing the psychology of the future’. Evenals de naam Kafka is de naam Ballard de aanduiding geworden van een wereld, de Ballardian wereld.

De romans over de toekomst zijn donker en nogal somber (bijv. Crash, The Voices of Time en The Drowned World) maar zijn Empire of the Sun, een roman over het verleden, is dat niet. In zijn autobiografie schreef hij dat het schrijven van deze roman tot zijn verrassing zonder pijn gepaard ging. Wel was er een stroom van herinneringen: de smerigheid en wreedheid van Sjanghai. Hij rook weer de geur van de verlaten dorpen en de stank in het Jappenkamp.

Toen Japan de oorlog verklaarde was Ballard 12 jaar en leerling van de Kathedraalschool in Sjanghai. Hij dacht dat het leven voor hem gewoon zou doorgaan toen zijn vader hem op de hoogte bracht van de oorlogsverklaring: ‘Ik moet naar school, vandaag beginnen de (overgangs)examens’. Na jaren herinnerde hij zich nog het antwoord van zijn vader: ‘There’ll be no more school, and no more exams’.

Na de oorlog werd Ballard naar Engeland gezonden om daar te studeren. In Miracles of Life vertelt hij dat hij bij aankomst in 1946 nauwelijks kon geloven dat dit het Engeland was waarover hij had gehoord en gelezen. Zwakke mensen met stopverfgezichten liepen rond, slecht gekleed en met een uitgemergeld uiterlijk. Na de lange en uitputtende oorlog kwam Engeland hem voor als vervallen, donker en voor de helft een ruïne. Wanneer hij de mensen om hem heen bekeek, was het hem onmogelijk te geloven dat zij de oorlog hadden gewonnen. Zij gedroegen zich als een verslagen volk. In The Kindness of Women had hij geschreven dat de Engelsen praatten alsof zij de oorlog hadden gewonnen, maar handelden alsof zij de verliezers waren. Zij waren duidelijk uitgeput door de oorlog en zij verwachtten weinig van de toekomst. Alles was in de jaren ’50 nog op de bon: voedsel, kleding en benzine. Als makke schapen stonden de mensen voor alles en nog wat in de rij. Belangrijker nog was dat de hoop was gerantsoeneerd en dat er zo’n gelatenheid was. Men keek uit naar de films uit Hollywood en in dikke rijen stond men voor de Odeons en Gaumonts die de oorlog hadden overleefd. De mensen die in de regen wachtten voor hun paar uur van Amerikaanse glamour, waren tam en berustend.

Voor het eerst in zijn leven ontmoette hij de massa uit de arbeidersklasse. Op zijn reizen in de streek rondom Birmingham was hij verbaasd toen hij zag hoe grauw hun leven was, hoe slecht zij werden betaald en hoe armelijk zij waren onderwezen, gehuisvest en gevoed. Voor hem waren zij er nauwelijks beter aan toe dan de arbeiders in de industrie van Sjanghai. En dat na de ongelofelijke inspanningen in de oorlog. Hij merkte hoe krampachtig men vasthield aan de bijzondere plaats van Engeland in de wereld. ‘De meeste Britse volwassenen die ik tegenkwam dachten echt dat we geheel in ons eentje de oorlog hadden gewonnen, wel met een beetje hulp van de Amerikanen en de Russen,maar dat was dikwijls meer een belemmering. In werkelijkheid hadden we geweldige verliezen geleden, onszelf uitgeput en verarmd, en hadden we weinig meer op naar uit te kijken dan onze nostalgie.’ Dit en nog meer schreef Ballard in zijn autobiografie over de gevolgen van de oorlog in Engeland.

De ‘miracles’ uit de titel van zijn autobiografie zijn zijn drie kinderen. In 1963, op vakantie in Spanje, in de buurt van Alicante, stierf onverwacht zijn vrouw. Zij werd begraven op de kleine protestantse begraafplaats in Alicante, een ommuurde tuin met slechts weinig graven. Ballard besloot vader en moeder te zijn voor zijn kinderen. Dag en nacht was hij bij hen, maar als zij op school waren of sliepen had hij tijd om te schrijven. Hij bleef wonen in het huis in Shepperton dat hij met Mary had betrokken. Shepperton kreeg een plaats in de ondertitel van zijn autobiografie: Shanghai to Shepperton. Het waren de twee plaatsen die mede bepalend waren voor zijn leven.

Ballard is op zondag 19 april jl. overleden. In de laatste bladzijden van zijn boek schreef hij over zijn dodelijke ziekte en over Professor Waxman die hem behandelde. Deze man was meer dan een behandelend geneesheer. Hij kwam hem te hulp in een tijd dat hij uitgeput was door de telkens terugkerende pijn en de ‘fears of death’. Hij wist de pijn te verdrijven en hem te bemoedigen waardoor Ballard in zijn laatste levensjaar toch nog kon genieten van de bezoeken en het gezelschap van familie en vrienden. En de professor ondersteunde zijn plan om de autobiografie te schrijven. Dank zij Jonathan Waxman vond hij de wil om dit boek te schrijven. De laatste zin van zijn boek luidt: ‘I am very grateful that my last days will be spent under the care of this strong-minded, wise en kindly physician’.

Michael Bource