Geschikt/ongeschikt

logoIdW

GESCHIKT/ONGESCHIKT

De belevenissen en reflecties van een aanstormend predikant

Daar ga ik dan, de eerste kerkdienst die ik ga leiden. Mijn handen zweten. De tekst van mijn preek heb ik misschien wel duizend keer bekeken en geoefend. Ik heb zelfs voorbereid na welk woord ik adem moet halen. Waarom, o waarom heb ik ooit bedacht om dominee te worden? Wat bezielde mij? Is dit dan wat ze roeping noemen?

Onbekommerd begon ik 3 jaar geleden aan de master tot predikant bij de Protestantse Theologische Universiteit. Het was mijn derde studie, maar wel de eerste waarmee ik ook echt kans op een baan zou maken. En meer nog dan een baan: een ambt zelfs!

Aan de PThU werd ik uitgebreid voorbereid op het veelzijdige predikantschap. Preken, pastorale gesprekstechnieken, missionair denken, Grieks en Hebreeuws, dogmatiek: alles kwam aan bod. En door alles heen klonk steeds weer de vraag: ben jij geroepen om dominee te worden? Steeds weer zag ik de vierkantjes voor me waarvan er één moet worden ingekrast: ‘geschikt of ongeschikt?’

Na een aantal maanden PThU begon het predikantschap me steeds zwaarder te lijken. Iets wat vreselijk moeilijk te combineren is met een gezond sociaal leven. Iets waardoor je geloof kan gaan wankelen. Iets wat moeilijk te plannen valt en heel druk kan zijn, met een dikke kans op een burn out. En dan hebben we het nog niet eens gehad over de toekomst van de kerk. Is een dominee geen kapitein op een zinkend schip?

Het predikantschap greep me naar de keel. Als dominee beweeg je je constant in de gevarendriehoek van ambt, beroep, persoon. Je moet uitkijken met wat je zegt en wat je doet. Het predikantschap vereist dat je transparant bent en goed je gevoelens kan uiten, maar ook weer niet te veel. En daarbij klonk tijdens de opleiding steeds opnieuw de vraag ‘wat voel je bij dit alles en hoe reflecteer je erop?’ Steeds meer benauwde gevoelens en prangende vragen begonnen zich aan me op te dringen: kan ik nog wel naar dat festival? Mag ik bier drinken? Kan ik mijn nagels nog wel lakken? Hoe zou een échte dominee dit alles doen?

Na enige maanden waren al mijn ambities om dominee te worden verdwenen. Je moet wel gek zijn om dominee te willen worden. Zoals een vriend pas tegen me zei: ‘dom, dommer, dominee.’

Toch heb ik uiteindelijk de studie afgerond. Waarom? Ik ondervond in de praktijk dat het een prachtig beroep (/ambt) is. Het is niet te hoog en niet te diep. Roeping kan op vele manieren geschieden. Soms is het een duidelijke schreeuw, soms onhoorbaar gefluister in de wind. Je roeping naleven betekent, om het even populair te zeggen, ‘worden wie je bent’, maar misschien is het beter nog te zeggen: ‘worden tot wie je bent bedoeld’. Met dominees is dat niet anders dan met andere mensen en beroepen.

En daar sta ik dan, de eerste kerkdienst. Waarom doe ik dit? vraag ik mezelf af. Onzeker en met lichte buikpijn kijk ik de kerk in. Adem in, adem uit. Het is altijd goed de mensen eerst aan te kijken voor je begint, heb ik geleerd. En dan langzaam terugkijken naar het papier. Ik lees de eerste woorden uit mijn HEMAmap voor: ‘Onze Hulp is de Naam van de HEER’. Ineens valt er een onzekerheid van me af en besef ik: het draait niet om mij. God zij dank.

Aster den Bok

A. den Bok is theoloog en wordt in september bevestigd tot predikant in Tienhoven (PKN)