Open brief over bijbelvertaling

logo-idW-oud

 

OPEN BRIEF OVER BIJBELVERTALING

Naar aanleiding van de aanbieding van de Nieuwe Bijbelvertaling willen wij in de onderstaande open brief aan de Generale Synode onze zorg uitspreken over het besluit dat genomen zal moeten worden om deze vertaling al dan niet te verheffen tot kanselbijbel. Wij willen de synode erop attent maken dat zo’n besluit het hart van de christelijke gemeente raakt en dat er daarom niet voorbij kan worden gegaan aan de theologische beslissingen die aan zo’n bijbelvertaling ten grondslag liggen. Omdat in kringen rond de Synode reeds vol enthousiasme wordt gereageerd op deze vertaling menen wij dat deze hartenkreet onzerzijds noodzakelijk is. Van harte hopen wij dat u per ommegaande deze brief vóór 27 oktober ondertekent en ter ondertekening doorstuurt aan collegapredikanten en eventueel functionarissen binnen het verband van onze kerken om deze oproep kracht bij te zetten. Graag per email naar: nbvopenbrief@hotmail.com of schriftelijk naar: openbrief NBV, p/a Prinses Irenestraat 36, 1077 WX Amsterdam. Het is de bedoeling deze brief in de week na de aanbieding van deze vertaling ter publicatie aan te bieden aan de dagbladen en de kerkelijke pers. Kunnen wij op u rekenen? Heel graag!

Nico Bakker, Rinse Reeling Brouwer, Karel Deurloo, Coen Constandse, Mirjam Elbers, Wouter Klouwen, Ad van Nieuwpoort en Rochus Zuurmond

Geachte leden van de Generale Synode, broeders en zusters,

Het kan u niet ontgaan zijn, dat er binnenkort een Nieuwe Bijbelvertaling verschijnt, onder auspiciën van onder meer het Nederlands Bijbel Genootschap. Aan deze vertaling is op voorhand al veel ruchtbaarheid gegeven. Eindelijk komt er, zo wordt ons gezegd, weer een ‘begrijpelijke’ vertaling van de bijbel, die bestemd is voor algemeen cultureel en literair gebruik maar ook bestemd is voor gebruik in kerk en synagoge. Nadrukkelijk voert het NBG ook deze laatste pretentie en noemt als voorbeelden de eredienst, de catechese en de persoonlijke lezing. Een dergelijke pretentie van ‘kanselbijbel’ maakt deze nieuwe bijbelvertaling tot een zaak van de Generale Synode. Met deze open brief willen wij een dringend beroep doen op de synode om de grootst mogelijke zorgvuldigheid te betrachten in haar besluitvorming ten aanzien van de status van deze vertaling.

Een nieuwe bijbelvertaling raakt, wanneer deze gelezen wordt in de eredienst, het hart van de kerk, want zij raakt het hart van de kerkelijke verkondiging. Niets minder dan de existentie, ja het bestaansrecht van de kerk is daarmee in het geding. De kerkelijke gemeente leeft immers uit de getuigenissen der schrift. Steeds opnieuw wijzen ook de bijbelse teksten zelf op ‘wat geschreven staat’. Het getuigenis van de schriften is de ‘oorkonde’ waarop de existentie van de kerk berust. De opdracht van de kerk is deze woorden ‘te bewaren om te doen’. De gehele beweging van de kerk is feitelijk niets meer dan uitleg van ‘wat geschreven staat’. Het komt er met een nieuwe vertaling van de bijbel dus bijzonder op aan.

Immers, vertalen in het algemeen en het vertalen van de bijbel in het bijzonder is geen waardevrije bezigheid. Een ‘neutrale’ vertaling is niet mogelijk. De wens van sommige betrokkenen bij de NBV om ‘alle theologische vooronderstellingen’ buiten de deur te houden is óók een (theologische) vooronderstelling. Loopt men daardoor niet juist het risico dat onder de noemer van ‘neutraliteit’ allerlei onbenoemde vooronderstellingen gaan buikspreken?

De wijze van vertalen hangt af van het sóórt tekst die vertaald wordt. Een van de vragen die aan het vertalen vooraf gaan is dan ook: met wat voor soort teksten hebben wij in de bijbel te maken? Hebben wij in de bijbel te maken bijvoorbeeld met een verslag van een ‘hervorming van een religie van stamgodsdienst naar de godsdienstige gelijkwaardigheid bij Paulus’ (Noorda)? Of hebben wij in de bijbelteksten te maken met teksten die in hoge mate worden bepaald door hun inhoud, met, zoals de joodse wijsgeer Martin Buber het noemde, Sprache der Botschaft?

Kortom: bijbel vertalen is altijd, of we het willen of niet, een theologische beslissing. Daarmee is bijbelvertalen zeker óók een zaak van de kerk en van de synode.

Het is onzes inziens dan ook enigszins voorbarig, wanneer kerkbestuurders reeds op voorhand deze vertaling omarmen, nog voordat de synode zich over de kerkelijke status van deze vertaling heeft uitgesproken. Op 27 oktober biedt het Nederlands Bijbel Genootschap deze vertaling aan de kerken en aan de plaatselijke gemeenten aan. Het is echter een zaak van de Generale Synode om deze vertaling al dan niet als kanselbijbel aan te wijzen, nádat deze vertaling in de gemeenten ‘beproefd’ is en de classicale vergaderingen zijn gehoord.

Vanwege het theologische gewicht van deze beslissing willen wij bij u aandringen op de grootst mogelijke zorgvuldigheid bij deze beslissing, waarbij verkoopcijfers, gehechtheid aan ‘oude vertrouwde’ woorden of juist hang naar het nieuwe als zodanig o.i. geen rol mogen spelen. Wij vragen u de door u te benoemen commissie ‘ter beoordeling van de NBV’ zo breed mogelijk samen te stellen. Tevens lijkt het ons van belang, dat de gemeenten reeds nu worden toegerust bij hun ’beproeving’ van de NBV.

Aan haar geheel eigen verantwoordelijkheid in de beslissing over deze bijbelvertaling mag de kerk zich naar onze mening niet onttrekken.

In verbondenheid,

Naam: Plaats:

Ambt/functie:

Gaarne vóór 27 okt. zenden aan: nbvopenbrief@hotmail.com of Open Brief NBV p/a Prinses Irenestraat 36, 1077 WX A’dam