Resistente verhalen

logo-idW-oud

 

RESISTENTE VERHALEN

Het voordeel van schrijvers die niet de Libris-hotlist halen, is dat zij niet gehouden zijn om voor een tv-camera hun boek in drie regels samen te vatten. Anderzijds zijn juist de boeken die zich tegen deze tombola verzetten volledig op lezers aangewezen. Familie wil wel eens helpen door in bibliotheken en betere boekwinkels te informeren waarom er nog geen stapel bij de kassa ligt, maar het meest effectief is een fluistercampagne: geen samenvatting, maar proberen om er een idee van te geven.

De novelle De ring van de keizerin is een onderzoek naar de waarheid. Gaat het om harde feiten of kunnen wij ook bij verhalen terecht? De titel verwijst naar het sprookje over Lorens en Loringel, twee vrienden die alles samen delen, kortom: een profiel conform Handelingen 2,43-45. Als de keizerin tijdens een Rijnreisje door rovers wordt uitgeschud, is Lorens haar reddende engel. Loringel heeft het nakijken, want hij kan niet zwemmen. Later lukt het de keizerin niet om uit te vinden wie van de twee de beloning verdient omdat de een de ander uitnemender acht dan zichzelf. Ook de truc met de door het hoge raam in de rivier geworpen kostbare ring brengt geen soelaas: niemand duikt erachter aan.

De novelle speelt in de kringen van vroegere burggraven, waar niemand twijfelt aan de overlevering dat het Valkhof in Nijmegen het historische decor vormde van het sprookje. Immers: daar woonde en stierf de met de Duitse keizer Otto II gehuwde Grieks-Byzanthijnse prinses Theofano.

Motieven uit het sprookje vervlechten zich met de biografie van de hoofdpersonen: Irene en Roman en hun neefje Marnix. Laatstgenoemde is de zwakste schakel, omdat zijn hartklachten pas veel later, als hij volwassen is, verholpen kunnen worden. Tot die tijd laat Roman Marnix delen in de glans van zijn heldendaden. Hij is de tijdelijke plaatsvervanger die Marnix door de moeilijke jaren heen sleept, zoals Loringel meelift op het reddende werk van Lorens en daardoor uiteindelijk ook zijn angst voor het water overwint. Omgekeerd raakt Roman in een diepe depressie als de overlevering aangaande de Griekse prinses op het Valkhof door historici naar het rijk der fabelen wordt verwezen. Roman en Irene hebben een Griekse vader die hen in de steek heeft gelaten. Het sprookje over de Griekse prinses fungeerde als brug om zich in hun nieuwe omgeving thuis te weten.

Zoals eeuwigheid zich niet na maar in de tijd verwerkelijkt, zo is de mythe geen onderdeel van een achterhaald en daarom achterlijk cultuurstadium maar de dragende onderstroom in elke eeuw: sterker en ook eerder dan het zelfbewustzijn. Het verhaal ontvouwt zich mettertijd, schrijft geschiedenis en kan zelfs op de feiten vooruit lopen. De auteur lijkt vertrouwd met het gedachtegoed van Ricoeur, die de ontmythologisering aanvaardde om de mythe te redden. Niet toevallig is Visser ’t Hooft ook de beheerder van het gastvrije blog Schrijver in Frankrijk en in gewone doen predikant van de Église Réformée in Versailles. Eerder verscheen van zijn hand Geschilderde personages, waarin de hoofdpersoon ontdekt dat de weg naar jezelf via de ander loopt en de toekomst als iets dat we ons vooral herinneren.

Hoewel de schrijver en de dominee elkaar niet voor de voeten lopen, valt er in beide verhalen iets te genieten waar we in de hedendaagse literatuur niet verwend worden: er zijn mensen die zich opmaken om naar de kerk te gaan, en dat gekleed in ‘een jurk die romig om haar reeënlichaam hing.’ Ook de kindernevendienst met de onvermijdelijke ‘kladdertekeningen’ ontbreekt niet. In de werkkamer van de schrijver zag ik ooit hoe opa vanuit een venster dat weinig theologen gegevens is toekijkt: de cover van de Times.

Henk Abma

Casper Visser ’t Hooft, Sprekend portret [2005], De ring van de keizerin [2007], uitgeverij IJzer, Utrecht.