Van de redactie
In het interview met ‘zomergast’ Anne-Marijke Spijkerboer komt de priesterlijke taak ter sprake om voor een ander woorden te vinden in contact met God. Zij schetst hier sprekende momenten van uit haar werk als predikant. Cees-Jan Smits laat zich hierdoor inspireren in zijn meditatie, waarin hij Abraham als voorbeeld stelt als priester voor tijdgenoten die niet naar God vragen. Hoe werkt dat in de geestelijke sprakeloosheid van onze tijd? En welke priesterlijke rol is er naast het gesproken woord weggelegd voor de beeldende kunst, waar onze zomergast zich met textiel en verf aan wijdt? Hoe worden in een gemondialiseerde wereld zonder God de ‘naakte existentie’ en de ‘grondvragen van het bestaan’ (Jean-Luc Nancy) voor Gods aangezicht gebracht in muziek, film en fotografie, in de liturgie op zondag en in de gemeenschappelijke ruimte van de kerk? En hoe wordt daarin de eschatologische toekomst bemiddeld die in de Bijbel wordt beloofd, maar van veler tijdslijn is verdwenen?
Door deze fundamendele vragen heen biedt dit extra dikke zomernummer een avontuurlijke weg. Paula Irik, theologisch reisgenoot van de zomergast, leert vanuit haar vrijwilligerswerk in het verpleeghuis jongere generaties de nieuwe taal van de ouderdom: ‘Dementees’; Hetty Boersma tipt haar boek. Udo Doedens vertolkt de eschatologische chansons van Jean Ferrat, terwijl Rainer Wahl een boek bespreekt waarin Bach onder theologen wordt verwelkomd. Als het aan Wahl en aan Jan Bruin ligt, is dat omdat Bach de kunst verstaat om met zijn tekst en muziek bijbelse eschatologie existentieel te maken, ook voor de geseculariseerde luisteraar. Maarten den Dulk gidst ons weer een stuk verder door de apocalyptische beelden van het bijbelboek Openbaring, om de barensnood van onze tijd theologisch te verstaan.
Aan het eind van zijn artikel vraagt Bruin zich af wat de toekomst is van de beeldcultuur die met de komst van beamer en streaming in de kerk heeft postgevat. Coen Wessel prijst Riemer Roukema omdat die in zijn boekje over liturgie liefdevol ingaat op wat hij zoal tegenkomt. Franc de Ronde werd op Goede Vrijdag door een bioscoopfilm ingeleid in de liturgie van die avond. En Udo Doedens analyseert in zijn commentaar de vraag van jongeren die met hun generatie het verschil willen maken en vragen om preken die leren hoe dat in de praktijk werkt.
Kees Doevendans vervolgt een eerder artikel over de bovenkamer, herinnert ons daarmee aan Pinksteren en laat zien dat gastvrijheid niet alleen een theologisch, maar ook een architectonisch thema is. Het individuele bestaan vraagt om gemeenschap. Werner Pieterse brengt de schrijver Mohamed Sarr en de fotograaf Samuel Fosso met elkaar in verband en beschrijft hoe Fosso de vals verklede werkelijkheid van kolonialisme, wereldoorlogen en leven in de diaspora terugbrengt naar de naakte existentie: ‘Dít ben ik tegenover de botte macht. Een mens als alle anderen. Naakt in diepe rouw om een verloren geliefde.’ Hoe bid je hier als priesterlijke gemeenschap voor?
Kees Doevendans en Gerben van Manen
In de Waagschaal, jaargang 52, nr. 7, 1 juli 2023