Van de redactie 2018/1

logoIdW

 

We zijn toe aan de 47e jaargang van de nieuwe waagschaal. Grijzer en wijzer? In zijn meditatie toont Coen Constandse hoe volgens de Schrift zowel de tempel als de zee zullen verdwijnen. Toch zal niemand de plaats van Gods verzoening met zijn volk met die van de chaosmacht van de dood verwarren. Wat zegt het, dat de modekleur van onze binnenhuisarchitectuur al jaren… grijs is?

Karl Barth vier keer. At Polhuis blikt terug op de reformatie-herdenking en brengt Barths Luther-interpretatie in het geweer. Zij mag ervoor hoeden dat Gods genade een gelikte show wordt waarin zijn oordeel wordt vergeten. Nergens bij Luther worden wit en zwart grijs, zou je kunnen zeggen. Max Staudt doet een radicaal voorstel met zijn oproep aan de PKN de grijze comfortzone van het christendom (met zijn kinderdoop!) te verlaten en terug te keren naar het “schijnbaar weerloze apostolaat”, zoals dat onder meer door Barth is verwoord. De bijdrage van Wouter Klouwen in de serie ‘Barth voor beginners’ sluit hierbij aan, als hij toont dat de tijd die God voor ons heeft zich niet laat vangen in zoiets als een algemeen christelijke tijdrekening. Dat ik de bijdrage van Aart van Drie over dementie een vierde stap noem is gewaagd, maar ze lijkt me eigenlijk de kroon te zijn op deze ‘tijdsleer’: hoe grijs het ook vanbinnen wordt en wij ‘uit de tijd’ raken, wij blijven bij onze witte naam genoemd. Het openingsgedicht van Henriette Roland Holst uit ‘De vrouw in het woud’, waarin zij naar Dante verwijst, past hier dunkt me bij.

De preek! Kees van Ekris las de door Willem Maarten Dekker vertaalde preken uit het Oude Testament van Eberhard Jüngel, en zegt daarover rake woorden. Het preekfragment wat erop volgt geeft een directe indruk. Voor de presentatie van dit boek op 16 januari a.s., zie IdW 46/12.

Jan Bruin gaat door op de discussie over de herstructurering van de classis binnen de PKN, met oog voor het bisschoppelijk element. Hij prijst het beeld aan van de wadloper die de vaargeulen in de zee weet te vermijden. Verder vraagt ondergetekende aandacht voor een mooi boek over de filosofische betekenis van de roman en zette de Huizinga-lezing van Bodar hem aan het denken. At Polhuis tot slot legt het laatste rapport over ons nationale veiligheidsbeleid op de plaats waar het hoort: de synodetafel.

Het ga de lezer goed! (en voortaan ben ik te bereiken via whtenboom@telfort.nl )

Wessel ten Boom

In de Waagschaal – Voor wie geen tijd heeft