Ring them Bells
Luid die klokken, jij heiden
Vanuit de stad die droomt
Luid die klokken uit de heiligdommen
Langs oevers waar het stroomt
Zo diep en zo wijd
En de wereld verglijdt
En de tijd keert terug weer
En terug keert de bruid
Luid die klokken, St. Petrus
Waar de wind wegen vindt
Luid die klokken met de ijzeren vuist
Voor elk verdomd mensenkind
O, het spitsuur neemt toe
Aan het wiel en de ploeg
En de zon ze gaat onder
Boven de heilige koe
Luid die klokken, lieve Martha
Voor wie leeft vel over been
Luid die klokken zodat de wereld weet:
God is één!
O, de herder hij slaapt
Waar de wilg zuchten slaakt
En vervuld zijn de bergen
Van het verloren schaap
Luid die klok – voor wie oog heeft noch oor
Luid die klok – voor wie leeft alweer door
Luid die klok – voor de fijnen, verkoren
Tot een oordeel voor allen, als wij gaan verloren
Luid die klok – voor de eeuw die bederft
Voor het kind dat het uitschreeuwt
Als onschuld sterft
Luid die klokken, St. Katelijne
Van omhoog als zonnestralen
Luid ze vanuit de vesting
Voor de lelies van dalen
O, de lijnen zijn oud
En de wereld is koud
En zij slopen de afstand
Tussen goed en fout
Bob Dylan op de lp Oh Mercy uit 1989
(vertaling Wessel ten Boom)