Nawoord

logoIdW

Wie de reactie van Grandia op mijn bespreking van zijn artikelenserie “Mijn onopgeefbare verbondenheid’ gelezen heeft, doet er goed aan mijn artikelen nog eens na te lezen. Dan zal hij of zij merken, dat daarin een duidelijk antwoord te vinden is op de 6 vragen die hij mij stelt. Ja precies, kom, zie, vertel én handel. Wat ik zag, zo schreefA ik, stemt overeen met wat Grandia beschrijft. De dynamiek van het conflict is voor beide partijen verwoestend. Hoe wordt die dynamiek doorbroken? Niet door Israël een apartheidsstaat te noemen en daarnaar te handelen. Dat jaagt de dynamiek alleen maar aan, verscherpt het conflict, isoleert Israël en verzwaart het keiharde juk van de Palestijnen. Precies dat was mijn vraag aan Grandia. Of hij aan de polarisatie – zeker, onbedoeld! – niet bijdraagt? Op die vraag krijg ik in zijn reactie geen antwoord. Ik stel die vraag juist door wat ik gezien en gehoord heb.

De theologische vragen laat ik nu maar buiten beschouwing. Voor mij is het buiten enige twijfel, dat de God die ik in Jezus Christus heb mogen leren kennen Israël niet heeft laten vallen en zal laten vallen. Ook niet in de huidige vorm, hoezeer het net als ik door de zonde van de macht onder zijn oordeel valt. Onopgeefbaar ben ik met hen verbonden. Of dat kritiekloos volgen van (de politiek) van Israël betekent? Neen, dat kan en mag uit wat ik schreef niet afgeleid worden.

Ik laat het hierbij. Het is aan de  lezers van In de Waagschaal of en hoe zij mijn overwegingen in hun denken en handelen in deze betrekken.

At Polhuis

In de Waagschaal, jaargang 51, nr. 4. 2 april 2022