Material Girls

In haar boek “Material Girls. Why Reality is Essential for Feminism” (2021) beschrijft Kathleen Stock nauwkeurig de ontwikkeling van een denkwijze die de begrippen man en vrouw niet langer relateert aan verschillende lichamen, maar aan een innerlijk, subjectief ervaren gevoel dat “genderidentiteit” wordt genoemd. Ook wijst ze helder en weloverwogen op de gevolgen van een dergelijke manier van denken voor het leven van – vooral – vrouwen en meisjes.

Stock markeert zeven mijlpalen in de geschiedenis van het begrip “genderidentiteit” sinds 1949, het jaar waarin “De tweede sekse” van Simone de Beauvoir gepubliceerd werd. Wie wil weten waarom sommige mensen en een aantal politieke en sociale instellingen momenteel van mening zijn dat niet het biologische geslacht iemand tot man of vrouw maakt, maar het feit of hij/zij zich man of vrouw voelt, krijgt in dit historisch overzicht de nodige informatie.

Stock is analytisch filosoof van huis uit en dat kun je merken. Ze beschrijft de genoemde ontwikkeling vanuit verschillende perspectieven en onderzoekt daarbij heel precies de gebruikte argumentatie. Daarbij stelt ze een aantal dingen ter discussie:

* Bedoelde De Beauvoir met haar beroemde uitspraak „Je bent niet als vrouw geboren, je wordt tot vrouw gemaakt” werkelijk dat vrouw-zijn louter sociaal geconstrueerd is en geen biologische basis heeft, zoals steeds vaker wordt beweerd? Of bedoelde ze veelmeer – deze interpretatie verdedigt Stock – dat kinderen van het vrouwelijk geslacht opgroeien tot “meisjes” en “vrouwen” in culturele zin doordat ze beïnvloed worden door stereotype verwachtingen van vrouwelijkheid?

* Vormen de geslachten biologisch gezien werkelijk een continuüm, zodat het alleen al daarom volkomen willekeurig zou zijn om van mannen en vrouwen te spreken? Met grote kennis van zaken legt Stock uit waarom het verschijnsel interseksualiteit niet in strijd is met een binair geslachtssysteem. Bijna alle mensen, namelijk 99,998 %, hebben of eicellen of zaadcellen – mengvormen daarvan bestaan niet.

* Heeft ieder mens werkelijk een “genderidentiteit” als innerlijke gevoel? Stock betwijfelt dit en waarschuwt bovendien voor een terugkeer van achterhaalde beelden van mannelijkheid en vrouwelijkheid die met de typering van dergelijke “genderidentiteiten” onvermijdelijk gepaard gaan.

Dat Stock over deze kwesties veel discussie gevoerd heeft kun je duidelijk merken. Ze noemt telkens ook de bezwaren van haar tegenstanders en gaat uitvoerig op hun argumenten in. Ze blijft hierbij bewonderenswaardig rustig gezien het feit dat ze in het najaar van 2021 ontslag heeft genomen bij de Universiteit van Sussex, nadat door bedreigingen van transactivisten een onhoudbare situatie was ontstaan.

Stock beschrijft aan het eind van haar boek waarom ze transmannen en transvrouwen altijd zoals door hen gewenst aanspreekt en ook hun nieuwe namen gebruikt (waarmee ze zich onderscheidt van sommige radicale feministen). De biologische realiteit mag echter niet worden ontkend en belangrijke geslachtsgerelateerde rechten moeten onvoorwaardelijk gerespecteerd worden. Bijvoorbeeld het recht van homosexuele mannen en vrouwen om zich uitsluitend aangetrokken te voelen tot mensen van hetzelfde geslacht zonder daarvoor transfoob te worden genoemd. Voorts noemt Stock het recht op vrouwensport: met het oog op fairness en veiligheid is deelname aan trainingen en wedstrijden uitsluitend voorbehouden aan vrouwen. Bovendien dringt ze aan op het behoud van geslachtsspecifiek statistisch onderzoek, met name wat betreft het thema (seksueel) geweld, met het doel om vrouwen en meisjes beter te kunnen beschermen. Ook de bescherming van transpersonen tegen geweld en discriminatie is belangrijk voor haar. Hier pleit ze voor eigen veilige ruimtes en voor beter onderzoek naar de leefsituatie en specifieke behoeften van transpersonen. Volgens Stock ontbreken hierover belangrijke gegevens die dringend moeten worden verzameld.

Dit boek is een aanrader voor iedereen die zich met geslachtsthema’s bezighoudt in kerk en theologie en daar op een tegelijk rationele en menselijke manier mee wil omgaan.

Jantine Nierop

In de Waagschaal, jaargang 51, nr. 10. 15 oktober 2022