Exegetische miniaturen
Exodus 4, 2-7
2 Toen sprak de Eeuwige tot hem:
Wat (is) dat in jouw hand?
Hij zei:
Een staf.
3 Hij zei:
Werp hem (dan eens) ter aarde.
Hij wierp hem ter aarde en hij werd een slang.
Mozes vluchttte voor hem weg.
4 De Eeuwige zei tot Mozes:
strek je hand uit en grijp hem bij z’n staart.
En hij werd een staf in zijn handpalm.
5 Opdat zij er vertrouwen in gaan krijgen dat de Eeuwige de God van hun vaderen, de God van Abraham, de God van Izak en de God van Jacob zich aan jou heeft laten zien.
6 De Eeuwige zei hem verder (nog):
breng je hand op je buik.
Hij bracht zijn hand op zijn buik, trok hem weg en kijk!
Zijn hand was melaats en sneeuwwit.
Hij zei:
7 keer je hand om en breng die naar je buik.
Hij keerde zijn hand om op zijn buik, trok hem weg en kijk!
Weer gaaf als de rest van zijn lijf.
In Exodus 2 heeft Mozes geleerd dat elk engagement de gevaarlijke kant heeft er dan maar op los te slaan. Hij heeft dat proefondervindelijk geleerd toen hij op bezoek was in Egypte en zag hoe zijn broeders die tot slaven waren gemaakt, werden mishandeld. In het bovenstaande gaat het iets anders – maar wel wordt er aan Mozes opnieuw geleerd hoe bevrijding beter kan. De weg der bevrijding moeten mensen leren.
Er volgen twee lessen die min of meer dezelfde inhoud hebben. Eerst is er de herdersstaf in de hand van Mozes. Wat dat in jouw hand? Het blijkt een slang te zijn. De staf, de leiderstrui, het fluitje van de scheidsrechter staan natuurlijk voor leiderschap. De slang staat sinds Genesis 1 voor onbetrouwbaarheid en valsheid. Grijp hem bij z’n staart – onderken dat het zo is dat macht corrumpeert – en dan wordt de staf weer wat hij moet zijn: een herdersstaf. De hand is handpalm geworden, niet meer de grijphand maar die van het ontvangen.
En dan de buik – meer dan het hart, dat in de bijbel meer het centrum van je redebeleid is, is de buik het centrum van gevoel. Zoals wij ook wel spreken van onderbuikgevoelens. Wie zijn hand (= je daadkracht) laat bepalen door zijn buik is melaats en kan niet meedoen. Omkeren moet Mozes zijn hand, dan is het weer dezelfde handpalm, dan pas is zijn hand genezen.
Wout van der Spek
(In de Waagschaal, jaargang 48, nr. 4. 6 april 2019)