Een doop in Kansas

logoIdW

 

Hierbij gaat het schilderij ‘Baptism in Kansas’ van de Amerikaanse schilder John Steuart Curry (November 14, 1897-August 29, 1946). John Curry werd geboren in Kansas. Hij schilderde dit schilderij in 1928, toen hij Kansas al lang verlaten had. Het is een herinnering aan een doop die hij als kind had meegemaakt.
In het schilderij zie je het eindeloze, lege en stoffige landschap van Kansas. Even hard en krachtig als het landschap zijn de mensen. Ze hebben markante koppen en stralen een rotsvast geloof uit. Centraal in de scene is de predikant met de dopelinge. De predikant heeft een vurig, gehard en fanatiek gezicht. De dopelinge heeft een wit kleed aan en is één en al overgave. Zij doen denken aan schilderijen van Johannes de Doper die Jezus in de Jordaan doopt. Johannes de Doper was ook een man van de woestijn en iemand met een zeker fanatisme. Alleen is de Jordaan een waterbak geworden in het droge Kansas.
De predikant en de dopelinge vormen op het schilderij het driehoekige onderstel van de windmolen. Zo ontstaat er een verticale lijn naar boven, naar de hemel. In de hemel komen er zonnestralen van achter een wolk te voorschijn. Het is het licht van God, die door een wolk omhuld wordt. Er dalen twee vogels uit de hemel neer, een herinnering aan de heilige Geest die bij de doop van Jezus in de gestalte van een duif neerdaalde. Zo is er een grote eenheid tussen de mensen, hun geloof, het landschap en God. Zelfs de windmolen is een verwijzing naar de hemel geworden. Het heeft daardoor iets idyllisch.
De mensen uit Kansas waren in 1928 niet blij met dit schilderij. Ze vonden dat ze stereotiep werden afgebeeld. Dat kan ik me ergens wel voorstellen. Van binnenuit ziet hun leven en hun geloof er zo niet uit. Het schilderij is een schilderij van een buitenstander. John Steuart Curry was zo’n buitenstaander geworden, doordat hij kunstenaar in New York was geworden. Het schilderij zelf heeft ook het perspectief van een buitenstaander Je kijkt naar de doop en doordat je vanuit een net iets hogere plaats tegen de ruggen van het gezin op de voorgrond aan kijkt, sta je zelf niet in de kring en ben je toeschouwer.
Het is het schilderij van iemand die in New York een onverwacht verhaal vertelt. Hij vertelt niet hoe achterlijk Kansas is en hoe dom hun geloof is, maar hij kan de ruwe kracht van hun geloof navoelen en invoelbaar maken. Hij ziet ook de schoonheid ervan en het schilderij heeft ook iets van een romantische droom van heelheid: God, mens en landschap zijn één. De oude vrouw in de auto en de zuigeling op de arm van zijn moeder symboliseren de continuïteit van de generaties. John Curry laat de mensen in New York daarnaast met een zeker erbarmen naar deze mensen in Kansas kijken, die nu eenmaal zo hun leven leven.
Is het schilderij daarmee alleen een idylle? Ik weet het niet. Ik weet niet zeker hoe ik de fanatieke blik van de predikant moet beoordelen. Misschien hoorde dit voor John Curry bij het tafereel. Ook uit andere schilderijen van John Curry spreekt bewondering voor ongetemde kracht. De ogen van de predikant doen me denken aan een ander schilderij van hem, ‘Tragic Prelude’. Daar heeft hij de uit Kansas afkomstige John Brown geschilderd, met in de ene hand een bijbel en in de andere hand een geweer. Brown was een strijder tegen de slavernij. Hij was zo fanatiek dat hij voorstanders van de slavernij eigenhandig vermoordde. Zijn moorden waren een aanleiding voor de Amerikaanse Burgeroorlog. Vandaar de titel: Tragic Prelude, tragisch voorspel. Op het schilderij zie je soldaten van beide partijen tegenover elkaar staan. Onder de voeten van John Brown liggen dode soldaten van beide partijen. Ook deze verwoesting kan schuil gaan in het harde Godsgeloof van de predikant uit ‘Baptism in Kansas’, dunkt mij.

Misschien dacht John Curry er ook zo over of is hij er daarna zo over gaan denken. ‘Tragic Prelude’ is van zo’n tien jaar later.

Coen Wessel