De oorlog en de rechtstaat (commentaar)

 

Eind februari is er alweer één jaar oorlog op het Europese continent. Dat we sinds het begin van de oorlog in een nieuwe geo-politieke realiteit leven, oogt als een open deur. Toch is het vermoedelijk dichterbij de waarheid te zeggen dat de schellen van de ogen zijn gevallen over de werkelijkheid waarin we, met wereldleiders als Poetin en Xi, altijd al leefden. Op de verrassing, de schok en het verlies van onschuld reageerde West-Europa met ongekende militaire investeringen, en met het mobiliseren van een hechter verbonden Europa, tot een politiek en economisch front. De opeenvolgende sanctiepakketten vormen in zekere zin een wegstervende echo van het optimistische geloof dat handel en economische betrekkingen op de lange termijn als vanzelf een meer open samenleving met democratie en mensenrechten zouden brengen (waarbij de vraag is: geloofde men dat echt? Of ging het vooral om de korte termijn: geld verdienen?).

Wat in het verlengde van dat vermeende geloof eveneens een open deur lijkt, is dat democratie en rechtstaat in deze oorlog op het spel staan. Dat is voornamelijk een Westers perspectief; andere delen van de wereld gaan daarin niet zomaar mee. Is dat geen ideologische verhulling van Europa’s in wezen geo-politieke streven, nl. uitbreiding van de eigen invloedssfeer? Dat Poetins retoriek op dit punt van westerse expansie, politiek en cultureel imperialisme (tot gay-pride en LHBTI aan toe) wereldwijd wel weerklank vindt, moet Europa te denken geven. Dat neemt niet weg dat Europa het moet vasthouden als een (!) wezenlijk perspectief: in deze oorlog is een zich ontwikkelende democratie aangevallen door (voorzichtig gezegd) een autocratie, die de zelfbeschikking van dat buurland als afhankelijke natie met een democratie en een rechtstaat niet accepteert. Al roept Poetin van alles, als hij over Oekraïne sprekend het zowel over ‘Joden’ als LHBTI-ers heeft – dus: minderheden die van hun veiligheid en beroep op grondrechten zelden zeker zijn – is dat veelzeggend. Het gaat om recht, om grondrechten. De rechtstaat wordt bedreigd, meer nog dan democratie. In deze oorlog, maar evengoed in allerlei landen, op verschillende manieren (stemrecht in de VS; de nieuwe regering in Israël; het toeslagenschandaal in Nederland). Zoals Europa investeerde in defensie, zo fors moet het ook investeren in de rechtstaat.

Voor kerk en theologie ligt hier ook een vraag: hebben we in de christelijke traditie recht en gerechtigheid theologisch wel goed op waarde geschat? Theologische steun voor democratie is zelden ongereserveerd. Met enig recht. Maar zou de rechtstaat niet onvoorwaardelijke steun verdienen? En is een rechtstaat denkbaar zonder democratie?

Coen Constandse

 

Verschenen in: In de Waagschaal, jaargang 53, nummer 1, 7 januari 2023