De Galatische ballingschap van de kerk (meditatie)

logoIdW

Het evangelie dat door mij werd verkondigd is niet naar de mens (Gal 1:11)

 

De Galaten begrijpen Paulus wel. Een bekeerling met nieuwe ideeën. Iemand die zich moet invechten in het selecte gezelschap van Jezusvrienden. Daarbij een man met gaven, een denker, een visionair. Toen hij in hun streken rondreisde, heeft hij indruk gemaakt. Vrijheid, de macht van de Christus, dat zijn noties die de Galaten zijn bijgebleven. Maar echte bevrijding voelden ze pas toen Paulus was vertrokken en er andere predikers kwamen. Met alle waardering voor Paulus’ inzet noemden die hem ‘eenzijdig’ en verklaarden dat zijn evangelie ‘in zijn context moest worden zien’. Dat luchtte op. Nu begrijpen de Galaten Paulus echt. Het enge aan hem was zijn blinde vlek voor de verschillen. Het was ‘alleen Christus’ en anders niets. Maar zijn mensen niet ongeneeslijk verschillend? Moeten zij geen doelen hebben in het leven? En mogen anderen niet aan jou zien dat jij christen bent? Dus in plaats van dat massieve Christus-geloof van Paulus zou de kerk een formeel midden moeten hebben, dat ruimte laat voor ieders verscheidenheid. Geld? Nee, geld is té formeel. En geld bindt te weinig. Maar zoiets als besnijdenis of, mits formeel opgevat, de doop is een goed alternatief. Doop en besnijdenis maken onderscheid tussen gelovigen en ongelovigen, maar binnen dat onderscheid is er weer ruimte voor verschil pardon veelkleurigheid.

Paulus begrijpt de Galaten niet. Uiteraard, schrijft hij, ken ik jullie obsessie voor het mee willen tellen, voor het willen ontkomen aan de anonimiteit van de geschiedenis. Als vrome jood heb ik het uiterste gedaan wat je in dat opzicht kunt doen. Maar ik kwam bij jullie met iets nieuws. Ik kwam vertellen over iemand die je steeds weer in zijn historische context kunt plaatsen, iemand wiens biografie je kunt schrijven zonder dat je greep op hem krijgt. Deze mens is iemand zonder context, zonder positie. Hij is een vrije. Zijn leven was een zich overgeven. Hij heeft mij uit mijn context getrokken om jullie zijn verhaal te vertellen. Of eigenlijk is het geen verhaal, ik kwam vertellen wie Hij is. Hij is de levende gekruisigde. Hij was een kribbe-man, Hij was bij de dieren, Hij was tussen de melaatsen en aan het kruis. Hij wilde niets betekenen. En juist Hem heeft God bij zich genomen en een naam gegeven en alle macht in de hemel en op aarde. Galaten, broeders, waarom begrijpen jullie mij in wat mij neerhaalt, maar niet in wat mij verheft?

Udo Doedens