Commentaar – Dienstbaarheid

logoIdW

De ellende begon toen de vrouwen hun aanrechten verlieten en datgene opeisten waarover hun mannen wel konden beschikken: zelfontplooiing. Graag inclusief handelingsbevoegdheid en toegang tot onderwijs, overheid en bedrijfsleven. Ook arbeiders en middenstanders schopten de vaste patronen der verzuiling uiteindelijk omver – en inmiddels is de geest van het individualisme volledig uit de fles.

In zijn gewraakte artikel over Houellebecq in American Affairs stelt Baudet echter vast dat we van dat individualisme niet gelukkiger zijn geworden en noemt als voorbeeld de emancipatie van de vrouw. Als zij ook carrière maakt en gaat meedraaien in de grote competitie van ‘allen-tegen-allen’, wie bekommert zich dan nog om kinderen, ouderen, huwelijken, relaties, kortom: het sociale weefsel? Blijkbaar acht Baudet die taak vooral voor vrouwen weggelegd, maar afgezien van die denkfout heeft hij wel een punt: wie staat er borg voor dienstbaarheid en solidariteit in een tijd waarin iedereen zijn recht op zelfontplooiing opeist?

Precies deze vraag is inderdaad ook één van de thema’s in het werk van Michel Houellebecq. Het is niet verwonderlijk dat in zijn roman Soumission de dienstbaarheid via een milde vorm van de sharia de Franse samenleving wordt binnengehaald, tot opluchting van althans de mannelijke helft van de bevolking. Ik zou daaraan willen toevoegen dat wij niet voor niets Filipijnse au-pairs en Indiase verplegers invliegen. Dienstbaarheid is een schaars goed geworden.

Juist de sociaaldemocratie zou zich wat meer bewust moeten zijn van de vragen die logischerwijs volgen op het geslaagde proces van emancipatie: hoe organiseren we dienstbaarheid in een wereld waarin iedereen (terecht!) geëmancipeerd is en zich wil realiseren, en niet opofferen?

Wie de oplossing zoekt in een terugkeer naar de tijd van verzuiling en patriarchaat, bevindt zich waarschijnlijk in de zalige positie die tijd niet te hebben meegemaakt. De jongeman van FvD kan zelf natuurlijk helemaal niet terug achter het liberale individualisme waar hij zo op afgeeft. Hij is er de ultieme vrucht van.

De vraag is dan ook niet hoe we teruggaan, maar hoe we verdergaan. Nu de emancipatie van de arbeider is geslaagd, en de vrouw haar gelijke recht kan halen, is de sociaaldemocratie toch niet op aarde om de koopkrachtplaatjes een beetje bij te schaven, of in de valkuil van de identiteitspolitiek te stappen? Wil zij het nostalgisch populisme serieus van repliek dienen, dan moet zij antwoord geven op de vraag hoe mannen en vrouwen samen vormgeven aan vrijheid én dienstbaarheid.

Mirjam Elbers

In de Waagschaal, jaargang 48, nr. 7. 29 juni 2019