Brueghels Boerenbruiloft en wij

logoIdW

 

In het jaar 2019 wordt herdacht dat Pieter Bruegel 450 jaar geleden in Brussel overleed. Het Kunsthistorisches Museum te Wenen heeft voor deze gelegenheid een uitvoerige overzichtstentoonstelling georganiseerd waar de hele wereld op bezoek komt. De drukte is overweldigend.

Eén van de indrukwekkende panelen (in zaal XII) is Boeren-bruiloft. “The wedding Banquet” (c.1567), op het eerste oog een weergave van een feestelijke gebeurtenis op het platteland.

Op basis van dit en dergelijke genretaferelen wordt de kunstenaar ook wel Boerenbruegel genoemd. De Weense catalogus schrijft dat voor het eerst in de kunstgeschiedenis een alledaagse gebeurtenis op zo’n monumentale manier wordt getoond. Het werk behoort tot wat men afbakent als scènes uit het gewone leven (E.H. Gombrich: “scenes from daily life”,”genre pictures”, “human comedies”). De stijlkwalificatie realisme is hier op zijn plaats, zo de communis opinio onder kunsthistorici. De state of the art zwijgt dan ook over verwijzingen naar het Nieuwe Testament.

Wie evenwel de weg verkent of Boerenbruiloft toch niet ook met een Nieuwtestamentische parabel verbonden kan worden, heeft weliswaar veel te rechtvaardigen, maar zo’n verbinding zou evenwel ook van het realistische tafereel een verdiepende dimensie kunnen doen oplichten. Zoals bij The Parable of the Blind. Een andere wereld komt binnen.

Welke parabel? Hier volgt het citaat dat de reden vormt van de verkenning,– een aanhaling uit de vertaling Deux-Aesbijbel die in Bruegels tijd voor een novum zorgde (1562). Die vertaling vertelt de gelijkenis van een koninklijk bruiloftsmaal: Mattheüs: 22: 8 -9 :

“Doe seyde hy [nl. de Koninc] tot zijn Dienstknechten:
De bruyloft is bereyt / ende de genoodde en waerens niet weerdicht. Daerom gaat in de wtganghen der weghen/ ende roept ter bruyloft alle die ghy vint.
Ende die Dienstknechten gingen tot in de wegen/ende verghaderden alle de ghene die sy vonden/ quaede ende goede/ so dat de bruyloft veruult wert met aensittende gasten.”

Wat het paneel Boerenbruiloft uit de parabel toont (zou kunnen tonen), is het laatste vers van het citaat: “de bruiloft werd gevuld met aanzittende gasten.”

Welke analyse ondersteunt de gedachte aan een correlatie? Uit de beschrijvende analyse die de Weense catalogus van de voorstelling geeft, wijzen we op verschillende analytische elementen die een verbinding rechtvaardigen: 1 het overvloedige volk, 2 de instelling van de gasten, 3 het uitnodigende perspectief, 4en de pedagogische (moralistische) dimensie.

1 Het gedrang van mensen bij de ingang van de schuurzaal. De verklaring vanuit de parabel is plausibel: de dienstknechten hebben op bevel lukraak lieden voor de maaltijd uitgenodigd op de kruispunten van de wegen en er zijn er nogal wat die aan de open uitnodiging gehoor hebben gegeven: terwijl alle zitplaatsen bezet zijn, staan er nog gegadigden te dringen voor de deur.

2 De beschrijving van hun houding. “The guests appear to be satisfied and content.” De afbeeldingen van Bruegels figuren zijn “peacefull and idyllic.” Vauit de parabel is die vreedzame houding begrijpelijk: onverwacht en tegen alle regels en standen in zitten de personages dan ineens hier aan tafel: vanuit het leven van alledag plotseling in een feestelijk gedruis verzameld te zijn, niet vanwege status of verdienste, niet entiteld to (zoals ongetwijfeld de officiële gasten voor wie de maaltijd bedoeld was), maar gratis, uit genade.

3 Het perspectief. Het gezelschap wordt geschilderd vanuit een laag punt en dat geeft de waarnemers de illusie bij de gebeurtenissen aanwezig te zijn. “We can step into the picture, take a seat and join the merriment.” (M. Sellink, 2007, p 244).

4 Theaterhistorici wijzen op gelijkenisspelen uit hetzelfde tijdsgewricht. Vaak is er in deze spelen een kader dat een ontredderd personage opvoert aan wie een ingewijde nderricht geeft over de opgevoerde voorstelling, – die een gelijkenis weergeeft – een toneelstuk dus in een toneelstuk (Hummelen). Zo mogelijk ook hier. De heer op de voorgrond-rechts krijgt explicatie van de monnik over wat er zich voor hun ogen afspeelt: de monnik legt de diepere betekenis van de bruiloftsmaaltijd uit (Weense catalogus, blz 261, afb. 2): onderricht en troost in verwarrende tijden. De uitleg: goede werken noch aflaat, maar genade alleen brengt mensen aan de tafel.

Hoe te komen van analyse naar betekenis? Vanuit de analytische opmerkingen is het een beslissende stap naar een betekenis van Boerenbruiloft voor onze tijd.
Wat de correlatie van de parabel met de voorstelling teweeg brengt, is dat er in Bruegels schilderij een wereld mee resoneert die nieuwe dimensies blootlegt en aan de 16de-eeuwse verbeelding geldigheid geeft ook aan onze hedendaagse situatie, ook aan het “in-de-wereld-zijn” van de hedendaagse mens. Als de beschouwer anno 2019 zich realiseert ook uitgenodigd te worden (het perspectief van punt 4), dan in het besef dat er gegadigden te over zijn (punt 1), en dat de uitnodiging er niet een is op basis van verdienste (punt 2).

Wie de weg verkent of Boerenbruiloft zinvol in verbinding gebracht kan worden met (een deel van) de parabel van de Koninklijke Bruiloft, begrijpt dat de spiritualiteit van het door Bruegel weergegeven gebeuren ons los kan maken van de boerenwerkelijkheid die de kunstenaar ons presenteert. We gaan als beschouwers niet daar en toen aan de dis zitten, maar de invitatie geldt een nieuwe toe-eigening van de gelijkenis-verhoudingen hier en nu. Evenals bij The Parable of the Blind gaat het dan bij Boerenbruiloft om het kerygma.
Zo kan men de betekenis van Boerenbruiloft formuleren: de verbinding tussen de parabel en Bruegel overstijgt uiteindelijk van de beperkingen van die 16de-eeuwse boerensituatie, en opent ons onze eigen wereld, en ons-in-de-wereld zijn.

André van Dijk

Dhr. A. van Dijk is oud-redacteur en verbonden aan het leerhuis Limburg

(In de Waagschaal, jaargang 48, nr. 1. 12 januari 2019)