Verlossing van schaamte

logoIdW

 

VERLOSSING VAN SCHAAMTE

De kruisdood van Jezus speelt een cruciale rol in de gereformeerde geloofsleer. Jezus stierf voor ons aan het kruis en zo droeg Hij de straf voor onze zonde. Johannes de Doper verwijst naar Jezus met de woorden ‘Zie, het lam Gods, dat de zonde der wereld wegneemt’ (Joh. 1:29). Jezus nam de zonde en zo de schuld van ons weg. Door het plaatsvervangend lijden van Jezus zijn wij volkomen verlost (Heidelbergse Catechismus, antw. 18). De volkomenheid van deze verlossing maakt dat wij niet alleen zijn verlost van onze schuld, maar ook van onze schaamte. Jezus droeg onze schaamte aan het kruis. Het besef dat onze tijd meer en meer wordt bestempeld door schaamte in plaats van schuld zou implicaties moeten hebben voor ons kerk-zijn.

Schaamte

Vaak worden schuld en schaamte in een adem genoemd. Vreemd is dit niet, want schuld en schaamte zijn nauw met elkaar verweven. Het onderscheid tussen deze twee is dat schuld gekoppeld wordt aan een gebeurtenis, terwijl schaamte zich op de persoon richt. De persoon zelf wordt in geval van schaamte als negatief beoordeeld. Dit is niet het geval bij schuld, dan wordt alleen de gebeurtenis als negatief benoemd. Schuld leidt naar een wens tot toegeven van de fout, verontschuldigingen aanbieden, vergeving vragen of de schade proberen te herstellen.

Schaamte is een onbehagelijk gevoel van tekort schieten. Het heeft te maken met onder de maat blijven en raakt aan de spanning tussen ideaal en werkelijkheid, tussen gewoonte en verwachtingen aan de ene kant en tekort schieten aan de andere kant. Wie zich schaamt, heeft het gevoel uitgekleed te zijn en ‘te kijk te staan’. De ander ziet mijn onzekerheid, onhandigheid, mijn begeerte, of iets anders dat ik niet wil tonen maar wel moet erkennen. In schaamte wordt iets zichtbaar dat niet zichtbaar wil worden of mag worden. Er wordt iets aan het licht gebracht dat eigenlijk verborgen moest blijven. Vaak gaat dat gepaard met een lichamelijke reactie. Karakteristieke tekenen van schaamte zijn blozen, het vermijden van oogcontact, het buigen van het hoofd, de handen voor het gezicht slaan, zich bukken en een andere kant opkijken.

Schaamte is een gevoel van ontreddering. Het effect van de onthulling is dat er een verlies van vertrouwen ontstaat en een vervreemding van de wereld. Bij schaamte is er een fundamenteel gebrek aan geborgenheid. De onthulling die heeft plaatsgevonden kan er toe leidden dat men zich reddeloos overgeleverd acht aan de macht (via de blik) van de ander.

Schaamte is een ervaring die te maken heeft met onze identiteit. Het is een ervaring die op de persoon zelf betrekking heeft. Als ik me schaam, schaam ik me eigenlijk niet zozeer over mijn domme of schandelijke daad, maar over mijn persoon, mijn eigen identiteit. Bij schaamte voelen we ons afgewezen in het diepst van ons wezen. Er sprake van een ongewenste identiteit; je bent wat je niet wilt zijn. Het ideaal beeld dat je van jezelf hebt komt dan niet overeen met hoe je door anderen gezien wordt.1

Jezus draagt onze schaamte

Het lijden van Jezus Christus bevrijdt ons van onze zonde. Hij heeft onze schuld op zich genomen. Tegelijkertijd droeg Hij onze schaamte. De lijdensweg van Jezus, met name zijn laatste uren zijn doordrenkt van schaamte.

Jezus werd veroordeeld, omdat het diepst van zijn wezen, zijn Zoonschap van God werd afgewezen. Direct nadat Jezus door de joodse hoge raad is veroordeeld wordt Hij geslagen en bespot. Zijn identiteit van profeet en messias wordt door de schriftgeleerden tot reden voor schaamte: ‘Profeteer ons, Christus, wie is het, die u geslagen heeft?’ (Mat. 26:67). Vervolgens leveren ze Jezus over aan Pilatus die uit verlegenheid met de situatie Hem tot de kruisdood veroordeeld. Voor het zover is krijgen de Romeinse soldaten de gelegenheid hun spel met Jezus te spelen. Zij trekken Hem zijn klederen uit en doen Hem een scharlaken mantel om. Zij vlechten van doornen een kroon en zetten die op zijn hoofd en geven Hem een riet in zijn rechterhand. ‘Toen vielen zij voor Hem op de knieën en spotten, zeggende: Wees gegroet, gij Koning der Joden!’ Jezus is reddeloos overgeleverd aan de macht van soldaten die Hem door de bespotting zijn identiteit als Koning der Joden op een rake manier weten af te wijzen.

Zoals we gezien hebben heeft wie zich schaamt het gevoel uitgekleed te zijn en ‘te kijk te staan’. In tegenstelling tot wat we op de schilderijen over de kruisiging zien kwam Jezus naakt aan het kruis te hangen. Het kruis stond op de berg Golgotha, nabij een kruispunt van wegen vlak buiten Jeruzalem. De martelaren aan het kruis waren goed zichtbaar voor de voorbijgangers en voor de mensen van Jeruzalem als ze van de stadsmuur in westelijke richting keken. De gekruisigden op Golgotha werden letterlijk publiekelijk ten toon gesteld.

Naast een afgrijselijke lijdensweg bestaat de straf van het kruis uit het onmogelijk maken van de natuurlijk beweging van wie zich schaamt. Degene die zich schaamt probeert zich te verbergen – terwijl Jezus juist werd vastgespijkerd en tentoongesteld. De houding waarin Hij aan de schandpaal werd genageld verhinderde Hem te doen, wat degene die zich schaamt, geneigd is te doen, namelijk de handen voor de ogen houden om niet te zien en niet gezien te worden. Schaamte roept een verlangen op om te verstoppen of te verdwijnen. Hangend aan het kruis is dat onmogelijk.

Er is bij schaamte sprake van dat het ideaal beeld dat iemand van zichzelf heeft niet overeen komt met hoe je door anderen gezien wordt. Pijnlijk wordt dit duidelijk door het opschrift wat Pilatus liet schrijven en op het kruis plaatsen: ‘Jezus, de Nazoreeër, de Koning der Joden’. ‘Dit opschrift dan lazen vele der Joden, want de plaats, waar Jezus gekruisigd werd, was dicht bij de stad, en het was geschreven in het Hebreeuws, in het Latijn en in het Grieks’ (Joh. 19:19-20). Zowel in de locale als in internationale talen werd de spot gedreven met de identiteit van Jezus. Zijn terechtstelling werd zo uitgevoerd dat naast de lichamelijke pijn ook de emotionele pijn van schaamtegevoelens tot een maximum werd opgevoerd. Bij dit alles is het goed te beseffen schaamte in de cultuur van Jezus een veel belangrijkere rol speelde dan in onze hedendaagse Westerse cultuur.2

Consequenties

In een tijd waarin mensen meer dan ooit worden gedreven door een verlangen naar aanzien en succes, wordt schaamte meer en meer een gevoel dat mensen proberen te ontwijken. Er vindt een verschuiving plaats van een cultuur waarin verlossing van schuld centraal stond naar een cultuur waarin men steeds meer gericht is op eigen eer. Schaamte wordt daarmee een emotie die men koste wat kost probeert te ontwijken. De last van schaamte wordt zwaarder. Velen gaan eronder gebukt. Als je niet meer mee kan draaien in deze veeleisende maatschappij verlies je maatschappelijk aanzien. Wie niet voldoet aan de verwachtingen hoort er niet bij.

Voor de kerk ligt hier mijns inziens een belangrijke taak zowel wat betreft de prediking, het pastoraat3 als de missionaire initiatieven. Mensen die gebukt gaan onder gevoelens van schaamte hebben behoefte aan geborgenheid en acceptatie. De kerk zou zich minder moeten focussen op de verlossing van schuld en zich meer moeten richten op bieden van de geborgenheid waarin mensen geaccepteerd worden als kinderen van God. Dit betekend uiteraard niet dat de theologie omtrent de verlossing van zonde en schuld overboord gegooid wordt. Integendeel, deze blijft als fundament van het christelijke geloof van kracht. Zijn kracht kan wel gebundeld worden met inzichten over schaamte. Immers, schuld en schaamte zijn nauw verweven.

Een mooi voorbeeld vinden we in de bekende gelijkenis van de verloren zoon (Luk. 15:11-32). Bij thuiskomst zegt deze zoon tegen zijn vader: ‘Ik heb gezondigd tegen de hemel en tegen u.’ Hier spreekt hij zijn schuld uit. Vervolgens zegt hij: ‘Ik ben niet meer waard u zoon te zijn.’ Daarin verwoordt hij zijn schaamte. Hij voldoet niet aan de verwachtingen die een vader van zijn zoon mag hebben en hij ontdoet zich zo van zijn identiteit van zoon. Hij schaamt zich voor zijn vader. De reactie van de vader is overweldigend. Hij accepteert zijn zoon volledig. De zoon krijgt nieuwe kleren en wordt in zijn identiteit als zoon bevestigd als hij een ring krijgt. Door de nieuwe kleren krijgt de zoon weer aanzien. Zijn schaamte wordt bedekt. De vader zorgt voor zijn zoon ook als deze zich schaamt. Hierin is de vader ons ten voorbeeld.

Aart van Drie

Auteur is geestelijk verzorger bij Zorgcentra Rivierenland te Tiel

1 P. van Tongeren (2008). Schaamte. Ethische Perspectieven, 18, 3, 437-450.

2 H. Moxnes (1996). Honor and Shame. In: R. L. Rohrbaugh (Ed.) The social sciences and New Testament interpretation (pp.19-40). Peabody: Hendrickson.

3 S. Pattison (2000). Shame: Theory, Therapy, Theology. Cambridge: Cambridge University Press.