Van de redactie

logo-idW-oud

van de redactie

Gemeenteleden hebben aan de synode brieven geschreven over de kanselboodschap van november jl. Scriba Plaisier heeft hun terug (laten) schrijven en de hoofdzaken van zijn brief vindt u op de eerste bladzijden van dit nummer. We lezen daarin dat “ook de dialoog in de gestalte van confrontatie plaats dient te hebben binnen de grenzen van het respectvol met elkaar omgaan (art. XVI-4 van de kerkorde)”. Voor alle zekerheid heb ik de kerkorde daar even bij opgeslagen en ik lees onder het hoofd “Leven en werk van de kerk in een oecumenisch perspectief” in XIV-4: “De kerk verricht haar arbeid van getuigenis en dienst in respectvolle omgang met andere godsdiensten” – cursivering van mij AAS.

Hebe Kohlbrugge heeft in een tweede Open brief gereageerd op de brief van Plaisier. Wij drukken ook deze tweede Open brief af; Hebe stelt enkele zéér pertinente vragen. Evert Jan de Wijer heeft geen brief terug geschreven: hij maakt zijn positie ten opzichte van wat de synode met de kanselboodschap gedaan, en gelaten, heeft volstrekt duidelijk. Otto Kroesen neemt niet direct deel aan het debat maar zijn overwegingen over wat joden, christenen en moslims elkaar te zeggen zouden hebben, hebben er wel alles mee te maken. – Een heftig debat? Ja, dat kan ook niet anders: we hebben het wel even over iets anders dan de vraag hoeveel engelen er tegelijk op de punt van een naald kunnen dansen!

– Als ik me goed herinner heeft de islamoloog Kellerhals eens gezegd dat het best mogelijk is dat Mohammed eerst inderdaad te maken heeft gehad met de God van Israël, maar dat hij deze God de rug heeft toegekeerd toen hij naar Medina gevlucht was en – daar succes had.

Rico Sneller noemt Sartre een rebelse nazaat van Augustinus. Het is van wat hij over Sartres moraal zegt niet eens zo ver lopen naar wat Otto Kroesen over de christenen zegt. – We wachten met enige spanning het verdere verhaal over Sartres betrekking af.

Laura Reedijk-Boersma vertelt over wat zij met Betje Wolff en Aagje Deken over de bloed-theologie van de Herrnhutters gevonden heeft. Zij zingt “o Hoofd vol bloed en wonden” niet mee – als dienstdoend predikant heb je het voordeel dat je zulke liederen niet op hoeft te geven. Rens Kopmels leidt ons in in de biografie die E.D.J. de Jongh aan onze oud-redacteur Hannes de Graaf heeft gewijd: het boek had beter “een leven van dienst in de vrede” als ondertitel kunnen hebben, maar afgezien daarvan: een prachtige biografie. Maarten den Dulk maakt opmerkingen over de manier waarop Nico Bakker Duits in het Nederlands vertaalt bij zijn vertaling van artikelen, lezingen en colleges die Barth voor WO II heeft gehouden, maar afgezien daarvan – deze “bouwput” is zeer de moeite waard! Wessel ten Boom tekent een heel mooi portret van Augustinus op de kansel, of beter gezegd: op zijn zetel.

Tensotte de gewone rubrieken en Balk over het kerstfeest – ik vond het als kleine jongen prachtig dat ik voor het kerstfeest van de zondagsschool in het donker op straat mocht.

A.A. Spijkerboer.