Van de redactie

logo-idW-oud

 

VAN DE REDACTIE

Gedicht en preek, daar is Kees Bregman, predikant in Soest op gepromoveerd. Aan het eind van de vorige jaargang maakte Maarten den Dulk ons al attent op zijn boek, waarin Nijhoff een hoofdrol speelt. In dit nummer laten drie auteurs hun gedachten daar over gaan: onze redactrice Ciska Stark, Theo de Boer, onze lezers bekend, en Geurt Roffel, predikant in Wilp. Maar wat is poëzie en wat is rijmelarij? Op de middelbare school poogde een boek over Engelse literatuur ons wegwijs te maken. Voorbeeld: ‘I put my hat upon my head / and walket into the strand, / and there I met another man / whose hat was in his hand’. Conclusie: ‘This is no poetry’. Mijn vriend Toon de Jonge stak zijn vinger op en zei: ‘This is very fine poetry’. Onze lerares Engels was een paar ogenblikken sprakeloos en zette haar les voort. Maar ik heb Toons reactie nooit vergeten. Nijhoff was een dichter, Ida Gerhardt ook, maar Neeltje Maria Min en Nel Benschop? Duidelijk lijkt mij een predikant die geen dichter in zichzelf heeft zitten moet niet doen alsof hij dat wel heeft, zeker niet op de kansel.

Dit nummer verschijnt voor 4 mei – de twee minuten stilte op de Dam in Amsterdam en in grote delen van ons land – en daarna de dag waarop we de bevrijding vieren (een dag waarmee we voor mijn gevoel niet zo goed raad weten). U treft op bladzijde 7 een gedicht van Ed Hoornik aan: het roept in vijf keer vier regels zoveel op. Mans Miskotte vertelt over de sfeer in Amsterdam-Zuid, vooral tijdens de laatste jaren van de bezetting. Wie wil weten hoe het tijdens de bezetting was moet dit aandachtig lezen, want Miskotte draagt heel veel over. Ook Tussen al het andere in van Michael Bource gaat over de bezetting, door een kind beleefd. Verder van de bezetting staat het artikel van W.L. Dekker af, maar er is wel een verband: u kunt dat aan het eind van wat hij schrijft zien.

Hans Blankesteijn met een tweede artikel over de Esthetische Kerk: wie ergens gelezen heeft dat de Reformatie geen enkel besef van kunst had, moet maar eens lezen wat Blankesteijn over de uiterst muzikale Luther schrijft. Calvijn vond dat de gemeentezang ‘de zielen bijzonder verheft’. Rochus Zuurmond gaat verder met zijn artikelen over het Apostolicum en weet in drie bladzijden heel veel te zeggen. Daan Thoomes brengt ons met zijn artikel over het onderwijs voor helemaal terug in het heden. Tenslotte noem ik de Meditatie van de De Knijff en het Commentaar van At Polhuis.

We hebben iets goed te maken. In ons vorige nummer schreven we dat de tekeningen die we als bladvulling gebruiken afkomstig zijn van de Tsjech Ivan Urbánek. Dat was niet juist: al die leuke tekeningen zijn gemaakt door Kees Zwart, een vriend van Rien den Boer in Ulvenhout. Urbánek heeft wel de lay-out van de eerste jaargangen van de nieuwe Waagschaal verzorgd.

A.A. Spijkerboer