Van de redactie

logo-idW-oud

 

VAN DE REDACTIE

In nr. 8 stonden we al stil bij de dag waarop het boek van Wilken Veen over Bert ter Schegget in de Amsterdamse Thomaskerk werd gepresenteerd.

Elfriede ter Schegget voerde toen het woord en wat zij zei heeft ze nu in een artikel opgeschreven. Dat is een bewogen artikel geworden, dat veel te denken geeft. Rens Kopmels geeft daarop een aanvulling.

De publicatie van het tweede deel van W.L. Dekker over politieke theologie konden we in het boekennummer niet “meenemen” en daarom verschijnt het in dit nummer. Dekker confronteert de opvattingen van Bell met die van Barth en dat blijkt een vruchtbare ontmoeting te zijn. ( Ik heb Dekkers artikel gelezen als een uitleg van “de stad op de berg” uit Matteüs 5.)

Wessel ten Boom schrijft een tweede artikel over het kennen van God. Hoezo – kennen? De getuige! Ten Boom is diep onder de indruk van Calvijn en daar heeft hij goede redenen voor. Blijkens het artikel van Den Boer was Duifhuis aanmerkelijk minder te spreken over Calvijn. – Zouden niet alle grote leraren van de kerk stoorzenders in zichzelf gehad hebben? Om maar te zwijgen over de kleine!

Van mijn hand een artikel over het gezag van de Schrift dat je bij het gezag van Jezus Christus brengt en dat laatste is wezenlijk voor je handelen.

Wassenaar staat stil bij de verschijning van “de pastor”, die enkele decennia geleden op het toneel verscheen. Hoe wordt zijn/haar taak omschreven en hoe verhoudt die zich tot het ambt?

Van Inge Lievaart staan drie gezangen in het liedboek: 194, 245 en 360. Laura Reedijk-Boersma introduceert bij ons haar pas verschenen bundel gedichten “tot al het harde zacht is”. Het pas verschenen pamflet van Goed Gerucht zal de meeste lezers alleen bij geruchte bekend zijn. Vandaar dat we dit pamflet in zijn geheel afdrukken, zodat ieder kan zien wat deze groep wil.

Ons volgende nummer verschijnt niet op 11 maar op 18 augustus. Me dunkt dat dit nummer 10 voor vier weken peinzen genoeg stof geeft.

Er is nog ruimte voor iets anders. Op 25 juni hoorde ik in het journaal van tien uur dat majoor Bosshardt overleden was. De volgende morgen was ik vroeg op en hoorde om 6.55 uur het krantenoverzicht op radio 1: alle bladen behalve het AD brachten het bericht op de voorpagina. 7.00 uur: nieuws, dat begon met dit bericht. 7.05 commentaar: weer “de majoor”. Dat ging de hele week zo door en ik was zo verbaasd: het leven van een oprechte christin in het brandpunt van de aandacht van een “geseculariseerd” land.

Wat was haar geheim? Ik denk: dat ze authentiek was en onverstoorbaar haar gang ging. Wij hoeven niet aan te kunnen wat zij aankon, maar voorbeeldig was ze wel. Kun je autheticiteit aanleren? Misschien helpt Kohlbrugge een handje: “Een huichelaar houdt zich voor den oprechtsten mensch in het Koninkrijk der hemelen”.

A.A. Spijkerboer