Freud kon ook geestig zijn

logo-idW-oud

 

Freud kon ook geestig zijn

Humor is niet het eerste waar je aan denkt bij de ernstige psychoanalyse. Een zeer serieuze wetenschappelijke benadering van psychische aandoeningen en patiënten met vaak zware klachten. Toch stelde Freud zich aan het begin van zijn loopbaan als therapeut ten doel “om hysterische mensen te veranderen in gewone ongelukkige mensen”.

Grappige versprekingen in het dagelijks leven werden door hem serieus genomen en geduid in samenhang met het onbewuste (Zur Psychopathologie des Alltagslebens uit 1901 en Der Witz und seine Beziehung zum Unbewussten uit 1905). Zo kunnen soms allerlei onbedoelde zaken “zum Vorschwein” komen.

Tijdens de therapie kon humor bovendien worden gebruikt om spanningen te ontladen. De vrijgekomen energie werd op deze wijze afgevoerd, wat hij aanduidde met het afgrijselijke woord ‘abgelacht’. Freud beschikte zelf ook over een groot arsenaal grappen en kon veel geestige uitspraken uit het hoofd citeren. In het jubileumjaar 150 jaar na zijn geboorte – waarin weer veel serieuze werken zijn uitgebracht – is er een boekje verschenen met een verzameling van zijn grappen onder de titel Freud zum Vergnügen. Grappen in soorten waarvan sommige nu niet meer zo heel grappig zijn. Soms typisch joodse humor in de stijl van Max Tailleur. Verhaaltjes met een valse logica: “Een meneer komt een lunchroom binnen en bestelt een taartje. Als hem dit gebracht wordt bedenkt hij zich en vraagt of hij in plaats daarvan een glaasje likeur kan krijgen. Dat glaasje drinkt hij leeg en wil de zaak verlaten zonder te betalen. Als hij wordt teruggeroepen vraagt hij verbaasd: ‘Wat wilt u van mij?’- ‘U moet de likeur nog betalen.’ – ‘Daarvoor in de plaats heb ik het taartje gegeven.’ – ‘Maar die heeft u ook niet betaald!’ – Ja, maar die heb ik ook niet opgegeten.’”

Joodse humor met veel zelfspot waarvan Freud opmerkt: ‘Ik weet niet of het verder veel voorkomt dat een volk zich in die mate vrolijk maakt om zijn eigen aard’.

Daarnaast ook galgenhumor. Soms zelfs letterlijk: een ter dood veroordeelde wordt op maandagmorgen voor zijn executie opgehaald en verheugt zich met de woorden : ‘Nu, deze week begint goed’. Als de delinquent, die weet dat hij binnen enkele ogenblikken geëxecuteerd zal worden, het goede begin van de week prijst die voor hem op deze maandag zal eindigen, op deze wijze handelt, laat hij – volgens Freud – de indrukwekkende overwinning zien van het narcisme op de realiteit in zijn zegevierende onschendbaarheid. Het Ik weigert zich te laten krenken door oorzaken in de realiteit. Humor stelt de mens op grandioze wijze in staat distantie te nemen.

Humor tegen het lijden

De euforie die we door middel van grappen, komische situaties of andere geestigheden trachten te bereiken is, volgens Freud, geen andere dan de stemming uit de kindertijd waarin we het komische nog niet kenden, nog niet in staat waren tot grappen en de humor nog niet nodig hadden om ons in het leven gelukkig te voelen. Hoewel deze these van Freud wat problematisch aandoet – kinderen kennen namelijk wel degelijk de humor, zij het op een andere wijze dan volwassenen – heeft deze gedachte iets ontroerends.

Het Über-Ich dat gewoonlijk een strenge gewetensfunctie vervult, laat zich tijdens de humor van zijn vriendelijkste kant zien. Het zegt liefdevol en troostend: “Kijk, dit is slechts de wereld die er zo gevaarlijk uitziet. Een kinderspel, net goed genoeg om er een grap over te maken.” Door humor lijden we minder aan de wereld.

Hoewel alle mensen zullen sterven, is toch niet iedereen in staat tot een humoristische kijk op het leven. Zelf kon Freud dat wel. Toen hij in 1938 Wenen moest verlaten en van de Gestapo een uitreisvergunning kreeg, vertelde hij om zich heen: “Ik kan iedereen de Gestapo van harte aanbevelen”.

Aan het eind van zijn leven schreef hij in een brief aan Marie Bonaparte dat een bepaalde advertentietekst in een Amerikaanse krant hem maar niet uit zijn hoofd ging: “Why live, if you can be buried for ten dollars?”. Een reclametekst die Freud voor zeer gedurfd en origineel hield.

Daan Thoomes.

Literatuur:

Lütkehaus, L.(Hrsg.) (2006). Freud zum Vergnügen. Stuttgart: Philipp Reclam

Lütkehaus, L., ‘Sich dem Zwang des Leidens entziehen – Sigmund Freuds Theorie und Praxis des Witzes’. In: Neue Zürcher Zeitung, 6. Mai 2006

terug naar inhoudsopgave

volgende artikel