Commentaar (Franz Schubert in Leiden)

logo-idW-oud

Commentaar (Franz Schubert in Leiden)

Op zondag 29 mei van dit jaar gebeurde mijn wonder. Ik was in de Pieterskerk in Leiden voor het eerst in 25 jaar. Prachtig gerestaureerd en ze waren nog steeds bezig. Ik had door Leiden gelopen, het Leiden van Ted van Gennep en van Maarten ’t Hart, overal beeldschone opschriften op muren in de meest exotische talen.

Maar in de Pieterskerk gebeurde het wonder. De ganse dag was gewijd aan Franz Schubert, in de middag en avond zouden de grote helden komen met hun repertoire, ik kon alleen in de ochtend, het koffieconcert.

Maar die muziek! En die spelers! En in die kerk! Eerst Schubert horen en dan sterven, dacht ik. De musici waren van het Haags Conservatorium, de sopraan kwam uit Letland, de beide forte pianisten kwamen uit Azië, resp. Hong Kong en Tokio. In Letland kon je zoiets moois wel vergeten in de tijd die aan 1989 vooraf ging, maar nu stomen ze op, de baltische talenten. En uit Azië, ach in 1976 stond er in China nog gevangenisstraf op het spelen van Schubert en Mozart, dat was decadentie uit het Westen.

De namen verdienen te worden genoemd: Baiba Bartkevica zong “Du bist die Ruh’ ” met een warme stem en veel overtuigingskracht, ze gaf nog twee andere liederen. De pianisten Megumi Tanno en Constanze Lee begeleidden en speelden meerder impromptu’s van Schubert.

Wat was het mooi en wat was het een wonder. De Pieterskerk opnieuw opgebloeid in volle glorie. Waar wij onze proefpreken hielden en tot ontsteltenis van prof. Berkhof een duif loslieten om te symboliseren dat de Geest zichzelf voor leden van Quisque niet te goed vond, daar daalde opnieuw onverwacht een duif, uit de hemel van Schubert.

Het nieuws van de dag was het Franse nee tegen de grondwet. Maar in de Pieterskerk, dat was ook geschiedenis, veel transparanter en van klaarder taal. Wijzen uit het oosten kwamen en droegen de geest van Schubert verder, de geest van smart en talent, van eenzaamheid en vriendschap.

Wie “De jongste zoon” van C.W.Mönnich kent, dat artistieke boek uit 1959, die weet dat een vioolsonate een hele theologenconferentie kan redden. Ik zou de benen uit mijn lijf lopen om dat boek een nieuwe druk te bezorgen, het is totaal niet verouderd. Door dat boek heb ik de lutheranen lief, hoe kleiner de groep hoe meer ik ze liefheb. Schubertiade in de kerk, Franz had het moeten weten.

BP