Dr Ph. L. Krijger: De tragiek van de schepping

logo-idW-oud

Dr Ph.L.Krijger: De tragiek van de schepping

Boekencentrum 2005, 204 blz.

De auteur van dit boek promoveerde op deze studie in 2005 aan de Vrije Universiteit. Ondertitel: Het geding rondom Marcion in de Nederlandse theologie van de twintigste eeuw.

Het onderwerp is intrigerend, de behandeling door de auteur helder en overtuigend. Wij denken natuurlijk dadelijk aan het boek van Herman Heering uit 1961 dat verscheen onder de titel “Tragiek, van Aeschylus tot Sartre”. Met deze auteur heeft Krijger over zijn studie nog gesprekken kunnen voeren.

Alles begint op Zuid Beveland, waar Annie MG Schmidt geboren is als domineesdochter tussen de fruitbomen. Een beroemd gedicht van haar is “Er zit een wurm in de juttepeer”, over het kwaad in Gods goede schepping. Philip Krijger was een aantal jaren predikant op Zuid Beveland en de schrijver van deze bespreking was dat in dezelfde tijd. Ik heb hem gekend als een laconieke collega, die mij hartelijk toelachte toen mijn auto, op weg van zijn huis naar mijn huis, via de bietenpulp in de sloot was beland. “Ja, zei Philip, dat gebeurt hier in de herfst wel vaker.” Ook dat is tragiek, maar dat terzijde.

Ik heb van het boek van Krijger genoten, een rijpe vrucht en ik ben geen wormen tegengekomen. Het gaat al spoedig over Marcion, geb. 85 en gestorven ongeveer 160 n.Chr. Stichter van een tegenkerk, dissident vanwege de visie op het kwaad in de schepping. De maker van de wereld is een ander dan de Verlosser.

Marcion was een rijke reder, met een grote mond. In Rome had hij geen succes bij de kerkelijke autoriteiten
van toen. Zijn kerkvisie werd erg bepaald door zijn gedachten als reder, maar zijn obsessie met het kwaad is de eeuwen door asctueel gebleven. Unde malum?

Je kunt zeggen het valt nog wel mee (harmonie), je kunt zeggen de mens zit er maar mee en kan het nooit winnen (tragiek) en de derde mogelijkheid is: er woedt een strijd tussen goed en kwaad, het is een drama op aarde.

Hiermee hebben we het thema van dit boek te pakken. Tertullianus wordt besproken en het Apocryphon van Johannes. En dat Marcion wat anders is dan de gnosis, hij is dramatischer en emotioneler.

Ademloos werd ik toen het betoog op K.H. Miskotte kwam. Krijger heeft daar werk van gemaakt. Miskotte had wel iets op met Marcion, hij wees hem af maar met diepe sympathie. In de dagboeken van KHM kunnen we lezen dat hij de studie van Harnack over Marcion hoog aansloeg. In 1927 gaf Miskotte een cursus over Marcion, waarvan de papieren tot op heden niet zijn teruggevonden.

Maar er is meer, b.v. een rede van Miskotte uit 1949 voor studenten in Delft met een werkelijk aangrijpende beschrijving van het tragische, de tragiek in het menselijk bestaan. Thans te vinden in VW deel 9 “Het geestesmerk van de europese mens en het evangelie van Jezus Christus”.

De mens stuit op weerstanden, die deels beneden zijn niveau, deels boven zijn macht zijn. Dat maakt hem tragisch. De held gaat onder, vindt de dood krachtens zijn hoog karakter. De schuld van de held ligt op geheimzinnige wijze ook in zijn karakter, bijv. zelfoverschatting.

Deze stellingen van Miskotte zijn zo warm menselijk en tegelijk superieur verwoord. Hij vraagt: is de Negende van Beethoven tragisch? Of de Pathetique van Tsjaikovsky? Ja wie het opneemt voor de mens, desnoods tegen God of staande in het Niets, die moet wel groot zijn. Wie het zonder wanhoop doet is derderangs.

Krijgers boek aarzel ik niet om voorbeeldig te noemen, het geeft een prachtige inleiding in en bespreking van de voorliggende problemen. Die worm, die zit inderdaad in de juttepeer.

Ik heb het meest gesmuld van de Miskotte-afdeling. En kon mijn tranen niet meer bedwingen bij bijlage 5 (Krijger) een brief van Miskotte aan Noordmans uit 1934. Ja, vele zijn de rampen van de rechtvaardige, maar uit die alle redt hem de Here. (Psalm 34) Ik wreef mijn ogen uit, maar het stond er echt, de aanhef van Miskotte, even ontroerend als ontwapenend:

“Meester,”…..

Ik bedank Philip Krijger voor zijn oprechte, heldere en vruchtbare boek. Hij kan er heel trots op zijn en wij als lezers aarzelen niet onze grote dank uit te spreken.

Die is een boek dat nog lang meegaat.

Bernard Prakke