Mystiek en Bevinding

logoIdW

 

Met de titel ‘Mystiek en Bevinding’ als een gevorkte wichelroede in de hand brengt de redactie van het Verzameld Werk deel 14 de lezers bij de meest innige teksten van K.H. Miskotte. Dat begint bij enkele fragmenten uit zijn dagboek dat hij als student bijhield en de stukjes in het gemeenteblaadje van Kortgene. Het strekt zich uit tot de gerijpte bijdragen uit Kennis en Bevinding. Maar het draait allemaal om de heruitgave van De weg van het gebed.

Wie aldus Miskotte’s werk chronologisch volgt, voelt zich als op een overzichtstentoonstelling van een modern schilder uit de vorige eeuw. In de eerste zaal hangen de jeugdwerken, nog helemaal negentiende-eeuws, figuratief en romantisch. Dan verandert er iets in de stijl. Contacten met andere kunstenaars brengen een onherstelbare breuk in zijn kunstopvatting te weeg. Alle aandacht gaat naar de zaak en de zaak zorgt voor nieuwe verschijningsvormen. We zien hoe de schilderijen veranderen. Maar het interessante van deze kunstenaar is dat hij zijn oude stijl niet zonder meer prijsgeeft. Hij wordt volstrekt modern, maar hij bewaart zijn oorspronkelijke expressiviteit. Zo gaat het met Miskotte. Hij begint in de stijl van Gunning, laat zich door Barth storen, maar blijft zijn eigen palet gebruiken.

Miskotte is geen gemankeerde mysticus en ik zie hem ook niet knielen op een bed violen. Miskotte is de mystagoog van de twintigste eeuw. Hij legt gewoon uit waar het om gaat in de prediking, in doop en omkeer en in de maaltijd op de sabbath, maar al doende brengt hij zijn lezers op een weg waardoor ze vlakbij het moment komen van de ontmoeting met God. Die weg voert niet buiten tijd en ruimte. Integendeel. Het is de weg dóór de tijd, in het gewone leven, op de aarde onder de hemel. Wat hem op die weg tot geestelijk leider maakt, is dat hij taal geeft waar men zijn tong verloren heeft. Hij kent de ironie van de seculiere mens en tegelijk vervult hij het heimwee naar echte, bevindelijke taal. En ergens tussenbeide kan er dan een ruimte opengaan waarin de Onzienlijke nabij is. Die geestelijke leiding van Miskotte heeft deze en gene op de been gehouden.

Voor mij zijn de hoogtepunten in deze bundel zijn korte meditaties over Psalm 88 in ‘Geloof en aanvechting’, zijn brede ontsluiting van Psalm 19 onder de titel ‘Een exempel van bijbelse vroomheid’ en – zoals gezegd – De weg van het gebed.

Als student was ik door Miskotte’s meditaties gewezen op Psalm 88 als de enige psalm waarin, op een enkel accent in het begin na, alleen nog maar de klacht klinkt van de mens die geen ander perspectief heeft dan de dood: ‘Waarom verwerpt gij mijn leven?’. Jaren later trof ik in een ziekenhuis in Engeland een eenzame, doodzieke man die heel beslist zelf aan mij deze psalm wilde voorlezen. Hij volbracht het met de weinige adem die hem nog restte. Toen dat gebeurde, werd ik hevig aangegrepen. De man met de dood in zijn lijf wilde geen dominee die hem troostte, maar wilde zelf spreken. Hij wilde zelf de verschrikking van zijn bestaan uitroepen voor God en de mensen. Hij wilde dat ik het hoorde. Eindelijk drong het tot me door hoe belangrijk het was dat Miskotte mij hierbij had stil gezet. Ik begreep eens en voorgoed zijn bittere kritiek op het goedbedoelende pastoraat: ‘is het kerkelijk bedrijf een samenzwering …om de aangevochtene de mond te snoeren? ‘ (192).

De uitleg van Psalm 19 leerde ik indertijd kennen via het blad Wending. In de jaren zestig leek zijn bespreking voornamelijk een hulp bij onze veldtocht tegen de natuurlijke theologie. Alleen wie de Thora liefheeft, hoort de taal van de geschapen werkelijkheid, van dag en nacht, en van hemel en aarde: ‘De Wet van JHVH is volmaakt, bekerende de ziel.’ Maar ik vermoed dat de wonderlijke mengeling van bevlogenheid en ontnuchtering bij mij ook nog een ander proces op gang heeft gebracht, namelijk dat de liefde voor de Thora alle theologische luchtfietserij onderuit haalt. Miskotte bracht de werkelijkheid van het dagelijks leven tot haar recht. En het verbazingwekkende was, dat het zoveel moeite kost om het bijzondere te zien van het dagelijks leven! Je moet het leren. Die hartstocht om het bijzondere te leren zien van het ‘gewone’ leven is me sindsdien bij gebleven. Het werd uiteindelijk interessanter dan de obligate strijd tegen de natuurlijke theologie.

Zijn boek De weg van het gebed bewerkte twee dingen tegelijk. Het relativeerde de gebedspraktijk als ritueel en als statussymbool van christenen. Maar het opende het zicht op wat bidden in werkelijkheid is. Dat begon, nogal onverwacht, bij een nieuw doordenken van de voorzienigheidsleer. Bidden gaat alleen als je iets beseft van de beweging van God als metgezel van dag tot dag. Bidden is een vorm van leren leven in gesprek met God. En voor wie ‘leren leven’ geen optie meer is, is ook het gebed overbodig. Vanuit dit inzicht ontvouwde Miskotte de verschillende aspecten van het gebed. Dat klonk aanvankelijk nog tamelijk bekend, vooral waar hij uitging van de notie ‘danken’. Maar halverwege veranderde de toon van de bespreking en tekende hij het gebed als een daad van verzet. De waan van de wereld laat niet toe dat je gelaten blijft doorgaan. Je moet er tegenin durven gaan. En precies dàt is bidden in de geest van de profeten. Het betekent dat het niet bij bidden alleen kan blijven. De kracht van zijn boek zit volgens mij in de stelling dat het gebed de wortel van de daad is. Hier wordt bidden direct verbonden met de ethiek. Dat is een manier van omgaan met het gebed zoals ook Karl Barth het wilde gaan doen in zijn ethiek bij de verzoeningsleer. Die wilde immers onder de leuze ‘lex orandi – lex agendi’  het Onze Vader uitleggen als de weg van het handelen van Gods bondgenoten. Dat gaat voorbij mystiek en bevindelijkheid en voert midden in de strijd om het bestaan. Wie bidt, staat met de poten in de modder.

De redactieleden hebben met deze nieuwe aflevering van Miskotte’s Verzamelde Werk uiterst belangrijk materiaal samengebracht en toegankelijk gemaakt. Nemen en lezen dus.

Maarten den Dulk

Over K.H. Miskotte, Mystiek en Bevinding, (red.) K. Bras, W. van der Meiden, R. Reeling Brouwer, Verzameld Werk 14, K.H. Miskottestichting/Kok 2015

Dr. M. den Dulk is em. predikant en was hoogleraar Praktische Theologie in Leiden