Ground zero als heilige plaats

logoIdW

 

GROUND ZERO ALS HEILIGE PLAATS

Op 11 september j.l. sprak Geert Wilders in New York op de ‘Freedom Rally’, vlakbij de plek die Ground Zero is gaan heten. Om zijn protest tegen de vestiging van een islamitisch cultureel centrum kracht bij te zetten, contrasteerde hij de ‘gewijde grond’ van Ground Zero met Mekka, dat, zoals bekend, voor moslims geldt als een traditionele heilige plaats (NRC Handelsblad, 13 september 2010). Welke positie neemt Wilders eigenlijk in met betrekking tot heilige plaatsen?

Heilige plaats
Om te beginnen kunnen we vaststellen dat Wilders aansluit bij een reeds bestaand discours. In eerste instantie waren het nabestaanden van de aanslagen die Ground Zero een ‘heilige plaats’ noemden. Voor sommige families is Ground Zero een begraafplaats, omdat de overblijfselen van hun dierbaren nooit zijn getraceerd. Met ‘hallowed ground’ bren-gen zij hun respect voor de doden tot uitdrukking – ook nu de puinhopen van de Twin Towers zijn afgevoerd. De heroïek die de dood van omgekomen reddingswerkers omgeeft is een tweede factor die bijdraagt aan de kwalificatie ‘hallowed ground’. Ten derde speelt een bovenlokale of zelfs globale factor mee: de plek herinnert aan een collectief trauma dat ook buiten de stad tallozen heeft getroffen. Illustratief in dit verband is de ‘pelgrimage’ van toeristen uit binnen- en buitenland, die de voormalige rampplek bezoeken om te delen in de gebeurtenis die hen nog altijd op het netvlies staat. Ten slotte merk ik op dat ook elders in de Verenigde Staten plaatsen als ‘hallowed ground’ worden aangemerkt. Gettysburg, waar in 1863 de oorlog tussen het Noorden en het Zuiden werd beëindigd, is een voorbeeld van een plek die jaarlijks miljoenen bezoekers trekt.

Seculiere heiligheid
Het gaat hier om een relatief ‘nieuw’ type heilige plaats met een seculier karakter: de ‘pelgrims’ die we er aantreffen zijn op zoek naar betekenis, steun, troost. Ze verwachten die te vinden op plaatsen van gedeelde spiritualiteit of ge-deeld leed. Als er al sprake is van continuïteit met een traditioneel religieus discours, dan voltrekt zich dat veelal op individueel niveau. Toen paus Benedictus in 2008 Ground Zero bezocht, stelde een columnist van de New York Daily News: “the Pope’s solemn visit will solidify Ground Zero as ‘a sacred place’.”

‘Contested ground’
Heilige plaatsen, inclusief de traditioneel religieuze, zijn dikwijls óók ‘contested ground’. Er is strijd over de geografi-sche, morele en mentale afbakening van de plek, over wie er mag deelnemen aan officiële gedenkrituelen etc. Jaren na de vliegramp in de Bijlmer konden nabestaanden en de gemeente Amsterdam het niet eens worden over een nieuw gedenkmonument. Ook de heilig Grafkerk in Jeruzalem, waar uiteenlopende christelijke denominaties elkaar de ruimte betwisten, is een sprekend voorbeeld. De (religieuze) symboliek die mensen samenbrengt, kan evenzeer een splijtzwam zijn. Het is opmerkelijk dat Wilders kennelijk meent dat dit antropologische gegeven voor Mekka, dat vol-gens hem louter door de sharia word beheerst, niet opgaat.

Wilders’ positie
Ook als het gaat om Ground Zero, meen ik dat Wilders, zijn strijdbare houding ten spijt, deels voorbijziet aan het om-streden karakter van deze ‘gewijde grond’. Mijn stelling is dat dit komt omdat de plek zelf voor hem slechts relatieve betekenis heeft en de mentale strijd alle strijd alle aandacht krijgt.

In zijn rede noemt Wilders Ground Zero pas ‘hallowed ground’ als hij het beoogde islamitisch centrum ter sprake brengt. Eerder heeft hij dan al de multiculturele beroepsbevolking van de Twin Towers in herinnering gebracht en zijn medeleven betuigd met nabestaanden. Door ‘hallowed ground’ vervolgens in dienst te nemen van de polemiek over de moskee voegt Wilders in feite een nieuwe, politieke betekenislaag aan het discours over Ground Zero toe. We zijn hier ‘om een streep te trekken’, stelt Wilders. Deze heilige plaats is voor hem primair een plaats die beschutting be-hoeft. Wilders’ zorg past daarmee overigens binnen het algemene beeld van de totstandkoming van gedenkplaatsen. Waarmee ik wil zeggen dat de hele kwestie niet zo eigenaardig is als ze soms misschien lijkt.

‘No mosque here’
Toch is er een opmerkelijke contradictie. Ik lees die af uit de leuze ‘No mosque here’, die ook Wilders tijdens de ‘rally’ in de mond nam. Hij begon zijn toespraak er zelfs mee. Het gaat mij hier niet om de vraag of men het beoogde islamitisch centrum terecht als een moskee aanmerkt. En zelfs niet om de vraag wat Wilders in New York te zoeken had – ik sluit niet uit dat Wilders, ook in zijn rede, wel eens meer kosmopoliet zou kunnen zijn dan zijn criticasters voor mogelijk houden. Mij gaat het nu echter vooral om de vermeende plaatsbepaling ‘hier’.

Normaal gesproken verwijzen sprekers met dit bijwoord naar de plaats waar zij zich bevinden. In dit geval moeten we ons bedenken dat de ‘rally’ niet op de beoogde plaats van het centrum plaatsvond, maar in de buurt van Ground Zero. Dit zorgt voor ‘ruimtelijke frictie’, want het verfoeide islamitisch centrum bevindt zich dus niet ‘hier’, maar twee stratenblokken verder. ‘Hier’ wordt klaarblijkelijk ruim opgevat. Maar hoe ruim? Staat Wilders en de andere deelnemers aan de rally een ‘sacrale zone’ voor ogen die wellicht geheel Manhattan of ten minste een paar stratenblokken omvat? Waar wil hij de ‘streep’ trekken?

De ‘ruimtelijke frictie’ in ‘No mosque here’ doet zich ook voor ten aanzien van Ground Zero zelf. Want de betogers bevinden zich niet op Ground Zero, maar in een aangrenzende straat. Ground Zero is een bouwput, die niet toegan-kelijk is, ook niet op 11 september. Dat hun leuze zo welbeschouwd in de lucht komt te hangen, lijkt voor de actie-voerders geen probleem. Hun focus is niet gericht op het eigenlijke rampterrein. Toch is er, zeker in New York, verhit gedebatteerd over de herbestemming van de grond. Velen zijn er ongelukkig mee dat de toekomst van Ground Zero grotendeels in handen is gegeven van projectontwikkelaars, die op hun beurt afhankelijk zijn van investeerders. De collectieve zaak van een nieuw symbool op deze plek is met uitlevering aan de vrije markt niet gediend, aldus sommi-gen. Dit voorbeeld laat zien dat zelfs de contouren van de ‘contested ground’ niet helder zijn.

Balans
Op grond van mijn ruimtelijke verkenning maak ik een eerste balans op. Wilders’ positie ten opzichte van heilige plaatsen is eenzijdig op ‘mentale’ dimensie gericht. Dat is zijn kracht, maar ook zijn zwakte. De feitelijke ruimte, inclu-sief gebruiken en praktijken, heeft maar matig zijn belangstelling. Het sterke accent op het trekken van een ‘streep’ krijgt daardoor bij alle vermeende duidelijkheid iets onhelders. Het ontbreken van geografische differentiatie en het voorbij zien aan de feitelijke rampplek, inclusief de ideologie die daar dominant is, typeert mogelijk Wilders’ eenzijdig ideologische perceptie van de werkelijkheid. Daarin blijkt het mogelijk om ook religieuze symbolen los te zien van hun feitelijke ruimtelijke constellatie, inclusief de lokale praktijken die daarbij horen.

Eward Postma